3000vC - 0
3.000 v.C.
Om vermoeidheid tegen te gaan aten de Chinezen Ginseng.
1.500 v.C.
De Inka's dronken mate-thee en koffie en kauwden cocabladeren om hun loopvermogen te verhogen. De legende wil dat ze de 1.750 kilometer tussen hun hoofdstad Cuzco en Quito in Ecuador in vijf dagen overbrugden, wat een uurgemiddelde van 15 km betekende en dat hen dat enkel lukte dank zij cocabladeren.
776 v.C.
Historisch gezien werd in 776 v.C. het eerste dopinggebruik in de sport genoteerd. Op de Olympische Spelen van dat jaar verhoogden de atleten hun prestaties met kruiden en paddenstoelen. De toegangsweg naar het toenmalige Olympisch stadion was afgeboord met stenen voetstukken met daarop bronzen beelden van Zeus. Op die voetstukken werden de namen van atleten gebeiteld die de Olympische regels overtreden hadden, samen met de naam van al hun familieleden en een opsomming van de overtredingen die ze begaan hadden, zoals bijvoorbeeld het omkopen van tegenstanders. De betrapte atleet werd levenslang geschorst voor verdere deelname aan Olympische Spelen.
668 v.C.
Charmis van Laconia, de Spartaanse winnaar van de stadionrace over 183m op de 28ste Olympiade, gebruikte een speciaal dieet van gedroogde vijgen. Andere atleten hielden het bij verse kaas en tarwemaaltijden
Maar ook het gebruik van stimulantia dateert uit die tijd. De Griekse atleten dronken verschillende brouwsels van cognac en wijn en om hun prestaties te verhogen aten ze hallucinogene paddenstoelen en sesamzaad.
De begeleidende artsen waren uiterst behulpzaam in de voorbereiding van atleten en de koks bakten brood met pijnstillende eigenschappen.
540 v.C.
Voor het genezen van impotentie schreef de Indische chirurg Sushruta Samita het verorberen van testikels voor.
Ook de oude Egyptenaren kenden geneeskundige krachten toe aan testikels. Voor hen stond het eten van een hart gelijk met het verhogen van de moed en het eten van hersenen zou de intelligentie verbeteren.
480 v.C.
Na het nuttigen van een op geitenvlees gebaseerd dieet won de Griekse atleet Dromeus van Stymphalos twee keer de 4,8 km lange Dolichos wedstrijd op Olympia, twee keer die van Delphi, drie keer in Isthmia en vijf keer in Nemea. Na zijn gewonnen marathon op de Olympische Spelen van 480 v.C. begonnen ook de Griekse verspringers geitenvlees te schrokken om verder te kunnen springen. In die tijd bestond de dagelijkse kost voornamelijk uit brood, groenten, kaas en wat vijgen. Deze doping 'avant la lettre' kreeg navolging en spoedig had iedere sporttak een eigen, favoriete vleessoort: stierenvlees voor kogelstoters en varkensvlees voor vuistvechters.
450 v.C.
Om de productie van testosteron te verhogen gebruikten worstelaars uit Kreta de Tribulus Terrestris, een plant uit het Middelandse zeegebied. De plant was vooral als afrodisiacum bekend.
400 v.C.
Meer informatie over ‘doping’ uit die periode is moeilijk terug te vinden omdat de priesters hun kennis over dat onderwerp goed verborgen hielden. Een en ander had niet alleen te maken met het leveren van prestaties, maar via de sport konden atleten een sociale status bereiken die waarschijnlijk hoger lag dan die van de huidige atleten. Er was een massale belangstelling voor de wedstrijden en de winnaars kregen fenomenale prijzen. Uit geschriften van de Griekse fylosoof Plato (427-347 v.C.) blijkt dat een overwinning op Olympische spelen zo’n half miljoen hedendaagse dollar opleverde, aangevuld met nog andere beloningen zoals voedsel, huizen, belastingsvrijstellingen en zelfs uitstel van legerdienst. Dit professionalisme leidde onvermijdelijk tot corruptie. Omkoping en bedrog werden gemeengoed, de atleten waren tot alles bereid en slikten iedere bereiding die hun prestatie kon verhogen.
Romeinse periode
Hoe leuk ze ook mogen zijn, maar eigenlijk zijn de stripfiguren Obelix en Asterix typevoorbeelden van dopinggebruik. Telkens hij de Romeinen moest bekampen slikt Asterix een door Panoramix gebrouwen drankje dat hem superieure krachten gaf. Zijn kompaan kreeg het goedje niet omdat hij als baby in de ketel met het wondermiddel gevallen was.
Tijdens wagenrennen in Rome mengden de deelnemers drugs in het paardenvoer zodat die sneller konden lopen. Hydromel, een alcoholische drank op basis van honing, werd ook courant gebruikt.
Om hun vermoeidheid en blessures te overwinnen gebruikten ook de gladiatoren in het Romeinse Colosseum niet gespecificeerde stimulantia, zodat de gevechten bij de 60.000 toeschouwers krachtiger en bloederiger zouden overkomen. Een van de geliefkoosde cocktails was een mix van alcohol met stimulantia, liefst strychnine.