2003
2003
Het BALCO schandaal
Een persoon die zich enkel als een ‘high-profile’ atletiekcoach identificeerde wees Bay Area Laboratory Co-Operative (BALCO) en zijn stichter Victor Conte (1950-) aan als fabrikant en distributeur van een nieuwe en niet op te sporen anabole steroïde, die door heel wat bekende atleten gebruikt werd. Uiteindelijk werden enkele jaren later meer dan dertig topsporters door de Grand Jury van San Francisco als getuige gedagvaard.
In oktober 2003 werden de Olympische medaillekandidaten Dwain Chaimbers (1978-), Kelly White (1977-), Marion Jones (1975-) en Tim Montgomery (1975-) samen met nog heel wat andere Amerikaanse atleten in een grootscheeps dopingschandaal genoemd. Dat schandaal zou later uitgroeien tot de BALCO affaire, een van de grootste dopingschandalen ooit. De atleten hadden het anabole steroïde 'tetrahydrogestrinon (THG)' geslikt, waarvan ze dachten dat het niet kon opgespoord worden.
Het BALCO schandaal werd uitgebracht door Mark Fainaru-Wada en Lance Williams. In hun boek 'The Game of the Shadow' gingen de twee reporters van de 'San Francisco Chronicle' gedetailleerd in op het dopingverhaal rond de Bay Area Laboratory Company American Co-Operative (BALCO).
Via zijn trainer Greg Anderson (1966-) was de Amerikaanse baseballspeler Jason Gilbert Giambi (1971-) een van de afnemers bij BALCO. In december 2004 bekende hij achter gesloten deuren dat hij van 2001 tot 2003 meerdere keren anabole steroïden had gebruikt. In dat laatste seizoen spoot hij zich zelfs in met groeihormonen. In 2005 excuseerde Giambi zich op een persconferentie publiekelijk tegenover de media en zijn fans.
Het BALCO schandaal zorgde voor een heus sneeuwbaleffect, aanvankelijk vooral in het atletiekwereldje.
Op het WK van 2003 in Parijs won de Amerikaanse Kelli White (1977-) de 100 en de 200m. Daags nadien maakte de IAAF echter bekend dat ze positief had getest op modafinil, waardoor ze haar titels kwijtspeelde. Al haar prestaties vanaf 15 december 2000 werden geannuleerd en ze kreeg twee jaar schorsing. In 2006 beëindigde ze haar sportcarrière. Haar dopinggebruik werd aan de BALCO-affaire gelinkt. In 2000 introduceerde trainer Remi Korchemny (1932-) haar bij Victor Conte (1950-) de eigenaar van BALCO. White verklaarde dat ze producten nam die haar als supplementen en vitamines werden voorgesteld. Toen ze vernam dat het steroïden waren, stopte ze met het gebruik ervan. Nadat ze met het BALCO-bewijs geconfronteerd werd, gaf ze toe dat ze naast Tetrahydrogestrinon (THG) en Erytropoëtine (EPO) ook modafinil had gebruikt.
De Amerikaanse loopster Regina Jacobs (1963-) werd vier jaar geschorst en verloor haar titel 1.500m, toen ze op het Amerikaans kampioenschap positief testte op THG. Ze trok de zaak voor, maar verloor het geding en stopte meteen met sporten. Ook haar ‘situatie’ werd aan de BALCO affaire gekoppeld. Na haar sportcarrière werd ze makelaar in Oakland, Californië. Aanvankelijk gebruikte ze haar oude atletieksuccessen als promotie voor haar nieuwe carrière en op haar website stond te lezen:
“Ik word beschouwd als een van de beste Amerikaanse middelafstandloopsters ooit en ik brak tot op 40-jarige leeftijd nog altiijd records. Geluk of uitzonderlijk talent waren zeker niet de reden van mijn lange opmerkelijke carrière.”
Daarbij vermeldde ze wel haar dopingverleden niet. Na protest uit de atletiekwereld, verwijderde Jacobs het citaat uiteindelijk van haar website.
Kogelstoter Kevin Toth (1967-) verloor na een positieve plas op THG en Modafinil zowel zijn Amerikaanse titel als zijn vierde stek op het WK. Ook hij trok zich terug uit de actieve sport en bleek de firma BALCO goed te kennen.
Hamerslingeraarster Melissa Price (1979-) werd uit de eindrangschik van het Amerikaans kampioenschap en het WK geschrapt. Bovendien kreeg ze twee jaar schorsing nadat men in haar urine THG had ontdekt. Ze trouwde met de Britse kogelstoter Carl Myerscough (1979-), die in 1999 twee jaar aan de kant moest na een positieve test op een cocktail van verboden middelen en nadien zelfs levenslang kreeg.
Hamerslingeraar John McEwen (1974-) moest na het Amerikaans kampioenschap het gewonnen zilver inleveren, nadat ook bij hem THG en Modafinil werd gevonden.
Calvin Harrison (1974-) finishte in de Amerikaanse titelstrijd tweede op de 400m en won met zijn clubmaats de 4 x 400m. Gezien hij in 1993 als junior al eens gepakt werd, kreeg hij nu twee jaar schorsing na een positieve plas op Modafinil.
Alvin Harrison (1974-) de tweelingbroer van Calvin aanvaardde een schorsing van vier jaar, maar ook dat men alle resultaten vanaf 2001 zou schrappen. Nochtans testte hij niet positief, maar het USADA had bewijzen dat hij via BALCO anabole steroïden, insuline, EPO, groeihormoon en Modafinil had gebruikt, wat hij ook prompt toegaf. In 2008 moest de tweeling, samen met hun maats de gouden medaille 4 x 400m inleveren, nadat Antonio Pettigrew (1967-2010) het gebruik van stimulerende middelen had bekend. In 2010 vond men het lijk van Pettigrew op de achterbank van zijn auto, een overdosis pillen bleek de doodsoorzaak. Alvin Harrison verhuisde in 2009 naar de Dominicaanse Republiek omdat zowel zijn vrouw als teammaat Félix Sánchez (1977-) van daar afkomstig waren. Hij liet zich naturaliseren en trad vanaf toen aan voor dat land.
Chrystie Gaines (1970-) was ook in de BALCO affaire verwikkeld. Op het Amerikaans Kampioenschap eindigde ze vijfde op de 100m, maar na een positieve test op Modafinil kwam ze er met een waarschuwing vanaf. Het WADA ging daar helemaal niet mee akkoord en schorste haar twee jaar.
Na zijn Amerikaanse titel 110m horden werd Chris Phillips (1972-) op het gebruik van Modafinil betrapt. Omdat hij slechts een publieke waarschuwing kreeg, mocht hij naar het WK, waar hij op dat nummer vijfde eindigde.
Eric Ashley Thomas (1973-) moest zijn Amerikaanse titel op de 400m horden inleveren, ook hij had aan de Modafinil gezeten.
De Amerikaanse 400m horden loopster Sandra Glover (1968-) moest haar derde plaats van het nationaal kampioenschap inleveren na een positieve Modafinil test en kreeg hiervoor ook een publieke waarschuwing, maar geen schorsing.
De Amerikaanse 200m loopster Michelle Collins (1971-) leverde nooit een positieve test af, maar een arbitragepanel kwam tot het besluit dat ze zich met EPO, THG en een crème op basis van testosterone gedopeerd had. Ze verloor haar wereldtitel 200m indoor en aanvaardde een schorsing van vier jaar in plaats van de gebruikelijke acht jaar.
In oktober testte de Brit Dwain Chambers (1978-) positief op anabole steroïden en werd daarvoor twee jaar geschorst. Zijn overwinning op de 100m op het EK van 2002 in München werd geschrapt, net als het Europees record en de estafetteoverwinning. Ook hij werd door de voormalige Oekraïner Remi Korchemny (1932-) getraind. In 2008 bekende hij aan de Britse anti-doping chef John Scott, dat hij THG, epitestosterone cream, EPO, HGH, insuline lispro, modafinil en liothyronine gebruikt had.
American Football
Dana Stubblefield (1970-) speelde als defensive tackle in de Amerikaanse National Football League. Samen met zijn teammaats Barrett Robbins (1973-), Tyrone Wheatley (1972-) en Chris Cooper (1977-) was hij afnemer van anabolica bij BALCO.
Atletiek
In december 2003 besliste de American Federation of Athletics dat alle Amerikaanse atleten die op het WK in Parijs op doping betrapt werden, een levenslange schorsing kregen.
De Amerikaanse atleet Bernard Williams (1978-) won het nationaal kampioenschap van de 100m, eindigde in dat nummer als vijfde op het WK van Parijs en haalde toen ook goud met de estafetteploeg 4 x 100m. Na dat WK testte hij positief op cannabis, maar hij kwam er vanaf met een waarschuwing.
De Litouwse atlete Rasa Drazdauskaite (1981-) finishte op het EK voor junioren als tweede op de 1.500m. De dopingcontrole nadien bewees het gebruik van Stanozolol, waarop ze het zilver moest inleveren en twee jaar geschorst werd.
De Zuidafrikaan Okkert Brits (1973-) behoorde in de jaren 1990 tot de wereldtop in het polsstokspringen. In januari 2003 testte hij positief op efedrine, omdat het zijn eerste inbreuk was kreeg hij slechts een vermaning.
De Oekraïnse zevenkampster Ljudmyla Blonska (1977-) werd tijdens een atletiekmeeting in het Franse Arles betrapt op het gebruik van Stanozolol, het leverde haar twee jaar schorsing op. Op de Spelen van 2008 in Beijing finishte ze als tweede in haar favoriete zevenkamp. Vier dagen na de hulde raakte bekend dat ze positief had getest op methyltestosteron, ze moest het zilver inleveren en werd huiswaarts gestuurd. Omdat het al een tweede overtreding was kreeg ze een levenslange schorsing, net als haar man en trainer Serhij Blonskyj.
De Italiaanse kogelstootster en discuswerpster Cristiana Checchi (1977-) testte positief op anabole steroïden, waardoor ze haar nationale titel indoor verspeelde en zes maanden geschorst werd.
In Oostenrijk vlogen drie atleten tegen de lamp. Hordenloper Elmar Lichtenegger (1974-) en tienkamper Christian Schäflinger (1978-) hadden norandrosteron gebruikt, wat hen vijftien maanden schorsing opleverde. Kogelstoter Andreas Vlasny (1969-) moest aan de kant blijven omdat men sporen van metandienon vond.
Autosport
De Amerikaanse autopiloot Shane Hmiel (1980-) werd door de NASCAR zes maanden geschorst, omdat hij positief had getest op heroïne. In 2005 was het opnieuw bingo, dit keer op marihuana en cocaïne, waardoor hij levenslang naar de kant moest. Zoals dat in de States de gewoonte is, kreeg hij een ‘second chance’, in dit geval zelfs een 'third chance', als hij zich aan een medisch en psychologisch programma onderwierp met regelmatige drugcontroles. In februari 2006 vond men echter opnieuw verboden producten in zijn bloed en urine en werd hij definitief levenslang geschorst. In oktober 2010 begaf zijn rolkooi het toen hij bij een crash in de Terre Haute Action Track over kop ging, waardoor hij verlamd geraakte en in een rolstoel belandde.
Baseball
In 2001 tekende de Amerikaanse baseballspeler Josh Hamilton (1969-) een lucratief contract om voor de jaarwedde van 3,96 miljoen dollar bij de Tampa Bay Devil Rays aan de slag te gaan. Door kwesturen en druggebruik ging het met zijn carrière vliegensvlug bergaf. Bij aanvang van het seizoen 2003 kwam hij zes weken niet opdagen en later bekende hij dat hij in die periode alle mogelijke drugs had gebruikt. Hij werd gepakt en kreeg vijfentwintig dagen speelverbod. Begin 2004 was het opnieuw prijs, dit keer moest hij dertig dagen aan de kant. Toen hij enkele weken later een derde keer werd gepakt ontsloeg de ploegleiding hem. Hij ging in behandeling en maakte een succesvolle comeback bij de Chicago Cubs. In 2008 werd hij voor het American League All-Star team opgeroepen en nam hij deel aan de Home Run Derby, waar hij 28 home runs sloeg, een record.
Bodybuilding
Tijdens zijn voorbereiding op de Night Of Champions lieten de nieren van Tom Prince (1969-) het plots afweten, het gevolg van de massale hoeveelheden pijnstillers en typische bodybuilding drugs die hij al jarenlang slikte. De Amerikaan overwon zijn kritieke toestand, maar herstelde niet helemaal. Met dialysebehandelingen genazen zijn nieren gedeeltelijk, ze functioneerden nog op 90% van hun kunnen. Behoudens een transplantatie zag de Amerikaan de toekomst weinig rooskleurig maar realistisch tegemoet:
“Hoogstwaarschijnlijk zullen mijn nieren het vroegtijdig begeven, 85 jaar word ik nooit. Waarschijnlijk sterf ik jonger dan normaal, rond de 65, maar 65 is nog altijd beter dan 35.”
Boksen
Shane Mosley (1971-) was een Amerikaanse professionele bokser die drie wereldtitels veroverde. In juni 2000 versloeg hij Oscar De La Hoya (1973-)na twaalf ronden door scheidsrechterlijke beslissing in de kamp om wereldtitel bij de weltergewichten. In 2003 werd hij ervan beschuldigd om in die wedstrijd anabolica gebruikt te hebben die hij van BALCO gekregen had. In september 2003 stonden de twee kemphanen opnieuw tegenover elkaar en opnieuw haalde Mosley het na beslissing van de jury. Later verklaarde hij onder ede dat hij zich voor de wedstrijd met EPO had ingespoten.
Cricket
De Australische cricketspeler Shane Warne (1969-) werd daags voor de World Cup huiswaarts gestuurd na een positieve test op diuretica. Bovendien kreeg hij een jaar schorsing.
Gewichtheffen
Op het WK voor junioren trok India zijn voltallige ploeg terug toen bleek dat 24 gewichtheffers positief reageerden tijdens een dopingcontrole.
Op het WK werden elf gewichtheffers uit tien verschillende landen op het gebruik van stimulerende middelen betrapt. Onder hen de Chinese Shang Shichun (1979-) die op weg naar het goud in de categorie tot 75kg drie wereldrecords verbeterde.
De Bulgaar Galabin Boevski (1974-), regerend wereld- en Olympisch kampioen, werd acht jaar geschorst, nadat men voor de tweede keer verboden producten aantrof in zijn urine. Op 27 oktober arresteerde men hem in Brazilië toen hij negen kilo cocaïne aan boord van een vliegtuig probeerde te smokkelen.
IJshockey
Nadat hij op vakantie in Florida besmette voedingssupplementen kocht testte de Zweedse ijshockeyspeler Patrik Nilsson (2003-) positief op Nandrolone
Kano
Op het WK in het Amerikaanse Gainesville won de Russische kanovaarder Sergey Ulegin (1977-) goud in de C-4 200m en C-4 500m en zilver in de C-2 500m. De controle nadien bracht echter doping aan het licht. Hij moest de medailles inleveren en werd twee jaar geschorst waardoor hij de Olympische Spelen van 2004 in Athene en het WK van 2005 in Zagreb aan zich voorbij zag gaan.
De Poolse kanospecialist Michał Gajownik (1981-2009) kreeg twee jaar schorsing nadat men bij een dopingcontrole nadrolon had gevonden, waardoor hij de Olympische Spelen van 2004 in Athene miste. In 2009 stierf hij een tragische dood bij een auto ongeval.
Zijn landgenoot Marcin Kobierski (1977-) zat ook aan de nandralon en zag Athene eveneens aan zijn neus voorbijgaan. De twee jaar schorsing betekende ook het einde van zijn sportieve loopbaan.
Paardensport
De Britse jockey Franny Norton (1970-) kreeg vier maanden schorsing na een positieve cocaïnetest. In 2011 werd hij opnieuw 40 dagen geschorst, dit keer omwille van een te hoog promille alcohol voor de start van een race.
Rugby
De in Zuid-Afrika geboren Fransman Pieter de Villiers (1972-) vertegenwoordigde zijn nationale rugbyploeg op twee WK's. Tijdens het Zeslanden tornooi werd hij betrapt op cocaïne en xtc.
Skiën
De Finse crosscountry skister Kaisa Varis (1975-) werd twee jaar geschorst na een positieve EPO test op het WK in het Italiaanse Val di Fiemme. De Finse estafetteploeg moest het zilver inleveren en verloor door dit dopingschandaal driehonderdduizend Euro sponsorgeld. In 2007 keerde Varis terug als biatlete maar een jaartje later werd ze levenslang geschorst na een nieuwe positieve test. Wegens procedurefouten werd die schorsing door de Court of Arbitration for Sport echter ongedaan gemaakt.
Snowboarden
Snowboardster Tara Zwink (1973-) rechts op de foto, werd twee jaar geschorst omdat ze tijdens de U.S. Snowboard Grand Prix in Breckenridge positief testte op marihuana.
Tennis
De Argentijnse tennisprof Mariano Ruben Puerta (1978-) kreeg twee jaar schorsing omdat hij bij een dopingtest in Viña del Mar positief reageerde op Clenbuterol. Nadat hij in beroep argumenteerde dat hij astma had, werd de straf naar negen maanden verminderd met een boete van 5.600 USD. Na de verloren finale op de French Open tegen Rafael Nadal (1986-) testte hij in 2005 positief op etilefrine. In totaal werd hij zo maar eventjes acht jaar geschorst en moest hij de Roland Garros prijzenpot van zo’n 443.000 Euro inleveren. In 2006 werd zijn schorsing naar twee jaar herleid.
Turnen
Op het WK turnen van 2002 in het Hongaarse Debrecen eindigde Gervasio Deferr Angel (1980-) tweede in de grondoefening, maar later werd hij gediskwalificeerd door sporen van marihuana in zijn urine. Op het tornooi van Parijs later dat jaar testte de Spanjaard opnieuw positief op marihuana, samen met de Amerikanen Sean Townsend (1979-), Jason Gatson (1980-) en Brett McClure (1981-). Het Amerikaans trio werd bij een verrassingscontrole van het WADA (World Anti-Doping Agency) geklist. Omdat cannabis of marihuana in Frankrijk nog niet op de lijst van verboden middelen stond, kwamen de vier ervan af met een vermaning.
Voetbal
De UEFA kondigde aan dat ze het aantal controles met 21% zou verhogen, inclusief in het vrouwenvoetbal en bij de -19-jarigen.
Naar aanleiding van het overlijden van de Italiaanse oud-speler Gianluca Signorini (1960-2002) (foto's), die in november 2002 zeer jong aan de gevolgen van amyotrofe laterale sclerose (ALS) gestorven was, publiceerde het Franse dagblad 'Le Monde' in januari 2003 een artikel waarin benadrukt werd dat er sterke gelijkenissen waren met de dood van de Italiaanse oud-spelers Guido Vincenzi (1932-1997), Giorgio Rognoni (1946-1986) en Bruno Beatrice (1948-1987), die alle drie op jonge leeftijd aan ziektes overleden waren. Ook werd verwezen naar het epidemiologisch onderzoek van onderzoeksrechter Raffaele Guariniello (1941-) die zich in het dossier van Andrea Fortunato (1971-1995) had vastgebeten. De speler van Juventus Torino stierf op 24-jarige leeftijd aan lymfekanker. Guariniello riep de hulp in van de firma Panini, die over een database beschikte van 24.000 namen, met foto's en levensloop van bekende spelers. Na vier jaar lang de verhalen van heel wat oud-voetballers en de weduwen van oud-spelers aanhoord te hebben, kwamen de verboden praktijken in het Italiaanse voetbal bovendrijven. Guariniello concludeerde dat er van de vierhonderd sterfgevallen uit de jaren '60 zeventig zeer verdacht overkwamen en volgens hem mocht men vanaf 1970 in 47 gevallen spreken van onopzettelijke doodslag. Bij de 24 000 spelers van het onderzoek, lag de incidentie van kanker tweemaal hoger vergeleken met de gemiddelde populatie. Hij noteerde dertien gevallen van darmkanker, negen keer leverkanker, tien keer pancreaskanker. Hij ontdekte bij de voetballers ook 45 gevallen van ALS, waarvan er al dertien gestorven waren. Het gevolg van dit onderzoek was dat een sterk groeiend aantal atleten de behandelingen met inspuitingen weigerde.
De Britten Tony Cascarino (1962-) et Chris Waddle (1960-), van 1994 tot 1996 smaakmakers van de Franse ploeg l'Olympique de Marseille, brachten uit dat ze in die periode regelmatig met onbekende producten werden ingespoten. Grote baas Bernard Tapie (1943-) ontkende in alle toonaarden.
Na de South American Libertadores Cup werden veldspeler Jorge Valdez (1972-) en goalie Derlis Gomez (1972-) uit Paraguay betrapt op het gebruik van cocaïne. Hun club stelde nochtans dat ze cocatea hadden gedronken, in Zuid Amerika een normaal recept om hoogteziekte te voorkomen. De wedstrijd werd immers in de Equadoriaanse hoofdstad Quito gepeeld die 2.850 meter boven de zeespiegel ligt. Het excuus mocht niet baten, beiden werden zes maanden geschorst
De Engelse voetballer Rio Gavin Ferdinand (1978-), centraal verdediger bij Manchester United en 81 caps in de nationale ploeg, werd acht maanden uit competitie gezet en kreeg een boete van vijftigduizend Pond omdat hij niet voor een dopingcontrole kwam opdagen. In september 2003 stonden bij Manchester plots controleurs voor de deur voor een onaangekondigde controle. De vier 'uitverkorenen' mochten nog even gaan douchen, maar Ferdinand daagde niet meer op met als excuus dat hij dringend boodschappen moest doen.
De Spanjaard Carlos Gurpegui (1980-), verdediger bij Athletic Bilbao, werd in november wegens het gebruik van nadrolone twee jaar geschorst. Onafhankelijke onderzoeken aan de Universiteit van Extremadura en het Pasteur Instituut van Straatsburg toonden echter aan dat zijn eigen lichaam die stof bleef aanmaken. Hij ging dan ook tegen zijn schorsing in beroep maar werd ook daar teruggefloten.
De Chinese voetballer Zhang Shuai (1981-) speelde rechtsback bij Beijing Guoan, toen hij buiten competitie betrapt werd op het gebruik van efedrine. Hij werd drie maanden geschorst en was daarmee de eerste Chinese voetballer die gepakt werd.
De Duitser Alexander Walke (1983-) verdedigde het doel van de Oostenrijkse eersteklasser FC Red Bull Salzburg. Op het WK voor junioren in de Arabische Emiraten leverde hij een positief dopingplasje af op carboxy-THC, een derivaat van cannabis.
De Italiaanse voetballer Manuele Blasi (1980-) speelde bij Parma op het middenveld toen hij betrapt werd op het gebruik van nandrolone, wat hem zes maanden schorsing kostte.
Wielrennen
Na een razzia van de Guardia di Finanza i Salò werden begin juni twee sportbestuurders in Brescia onder huisarrest geplaatst. Olivano Locatelli (1956-) van Colnago-Landbouwkrediet en William Dazzani (1966-) van het vrouwenteam Aurora 2000 RSM werden ervan beschuldigd om samen met 22 andere personen doping aan hun renners te hebben verstrekt. Het aftappen van hun telefoon zorgde voor de nodige bewijzen. De huiszoekingen nadien leverden een indrukwekkend arsenaal verboden middelen op.
In oktober 2003 publiceerde de Franse baanrenner Philippe Boyer (1956-) zijn autobiografie 'Champion, flic et voyou', waarin hij zijn dopinggebruik uit de doeken deed. In 1982 bezocht hij een arts die hem voor het eerst anabolica voorschreef, waardoor zijn prestaties plots steil verbeterden. Hij kon meer en harder trainen, vermoeidheid en uitputting verdwenen dankzij de steeds toenemende dosissen anabole steroïden, die hij zichzelf toediende. Door het dopinggebruik tijdig te stoppen voor belangrijke wedstrijden of door het gebruik van moeilijk opspoorbare producten was de kans op positief testen quasi nihil. Op die manier werd hij Frans baankampioen op de kilometer tijdrijden. De enige raad die hij van zijn medische begeleiders meekreeg was om best niet te overdrijven. Een arts uit de familie schreef hem de producten voor en die verwonderde zich over niets omdat stimulerende middelen nu eenmaal tot de topsport behoorden. Toppunt was dat Boyer inmiddels politieagent was geworden en dat de verzekering van zijn werkgever de producten probleemloos terugbetaalde, zonder ook maar de minste vragen te stellen. Toen de Oostbloklanden in 1984 hun boycot voor de Spelen van Los Angeles aankondigden zag Boyer zijn kans schoon om het podium te halen. De stoppen sloegen door, hij breidde zijn arsenaal geneesmiddelen uit met corticoïden en bezocht in Bordeaux de beruchte sportarts François Bellocq (1956-). Maar overdoseringen zorgden ervoor dat hij tijdens de Franse titelstrijd volledig blokkeerde en slechts als reserve voor de Olympiade werd aangeduid. Daarna legde hij zijn lot in handen van de Franse sportdirekteur Bruno Roussel (1956-) en de Franse arts Gérard Ochart, die volgens de recepten van de Italiaanse Professor Francesco Conconi (1935-) werkte. Niet alleen werd zijn trainingsschema aangepast, Boyer kreeg ook een andere medicamenteuze ondersteuning. Hij maakte enome vooruitgang en werd in 1985 vice wereldkampioen in Rome. Cyrille Guimard (1947-) nam hem op in zijn ploeg, waar hij de trouwe luitenant werd van Laurent Fignon (1960-2010). In 1989 kwam echter een abrupt einde aan zijn sportcarrière toen hij Hepatitis B kreeg. Hij riep zichzelf uit tot begeleider van renners, maar werd opgepakt toen de politie bij een huiszoeking amfetamines aantrof. Iets later vloog hij opnieuw tegen de lamp toen er bij een grenscontrole in Arras opnieuw amfetamines werden aangetroffen in zijn auto.
Tijdens een TV documentaire bekende de Deense renner Brian Dalgaard Jensen (1972-) dat hij in zijn sportcarrière EPO had gebruikt. Het jaar nadien kreeg hij de ‘antidoping’ prijs 2004 als beloning voor zijn eerlijkheid.
De Belgische veldrijder Mario De Clercq (1966-) werd driemaal wereldkampioen en twee keer nationaal kampioen. Naar aanleiding van de dopingaffaire rond Johan Museeuw (1965-) werden in 2003 bij een huiszoeking groeihormonen en Aranesp gevonden. In januari 2006 verwees men hem door naar de correctionele rechtbank en in december 2008 veroordeelde een Kortrijkse rechtbank hem tot tien maanden voorwaardelijk en vijftienduizend Euro boete. Telkens journalisten hem over zijn boekje met aantekeningen van dat dopinggebruik ondervroegen, antwoordde De Clercq dat het notities waren voor het boek dat hij ging schrijven. De Belgische Wielerbond schorste hem vier jaar, waarvan de helft voorwaardelijk.
De Spaanse wielrenner Igor González de Galdeano (1973-) werd zes maanden geschorst voor het gebruik van nandrolone, iets wat hem in 2000 ook al eens overkomen was.
Voor aanvang van het WK werd bij de Canadese Geneviève Jeanson (1981-) een te hoog hematocrietgehalte gevonden. Ondanks het excuus dat een voorbereiding in een lage-druk-kamer hiervan de oorzaak was, mocht ze niet starten. Het jaar nadien weigerde ze een dopingcontrole na de Waalse Pijl en in 2005 ontdekte men tijdens de Tour de Toona opnieuw een te hoge hematocrietwaarde, waarop ze levenslang geschorst werd. In de Verenigde Staten herleidde men die straf tot twee jaar, in Canada bleef het echter levenslang. Omdat ze nauw met justitie samenwerkte werd haar straf in april 2009 tot tien jaar herleid, maar zowel haar trainer Andre Aubut (1956-) als sportarts Maurice Duquette werden levenslang uit de sport verbannen. Jeanson verklaarde dat ze vanaf haar zestiende EPO kreeg. Duquette kwam nadien nog enkele keren in het negatieve daglicht met aan doping verwante geruchten
Scott Moninger (1966-) won in zijn carrière liefst 275 wedstrijden en is daarmee de Amerikaanse recordhouder qua overwinningen. Na de Saturn Cycling Classic werd hij echter op het gebruik van 19-norandrosterone betrapt, de voorganger van nandrolone waarvoor hij een jaar schorsing kreeg.
Nadat een controle bij wielrenster Amber Neben (1975-) het gebruik van 19-norandrosterone aantoonde, werd de Amerikaanse zes maanden geschorst.
In 2003 werd het huis van de Belgische wielrenner Chris Peers (1970-) doorzocht in het kader van een onderzoek naar hormonen en stimulantia, waarin dierenarts Jose Landuyt (1949-) verweven was evenals de renners Johan Museeuw (1965-), Jo Planckaert (1970-) en Mario De Clercq (1966-). De Belgische Wielerbond schorste hem twee jaar, Peers ging hiertegen zelfs niet in beroep.
De Australische renner Mark Roland (1978-) werd in 2003 tweemaal betrapt op het bezit van groeihormonen en het jaar nadien nog eens. Hoewel hij nooit positief testte schorste de Australische Sports Anti-Doping Authority (ASADA) hem twee jaar. Niet voldoende oordeelde het World Anti-Doping Agency (WADA), dat er nog zes jaar bijdeed.
Na zijn dopingperikelen uit de Ronde van Frankrijk van 2002 had de Litouwer Raimondas Rumšas (1972-) zijn lesje blijkbaar nog niet geleerd. In de Giro d’Italia van 2003 werd hij opnieuw op het gebruik van EPO betrapt.
In augustus 2003 testte de Amerikaanse kampioen tijdrijden Adham Sbeih (1973-) positief op EPO en werd hij hiervoor twee jaar geschorst.
In 2003 startte Oil for Drugs, de dopingaffaire rond Carlo Santuccione (1947-) en enkele medeplichtigen. De Italiaanse sportarts, met de alles zeggende bijnaam 'Ali the Priceline Chemist', werd beschuldigd van het toedienen van verboden dopingproducten en van betrokkenheid in het Italiaanse dopingnetwerk. Oorzaak van het onderzoek was de verdachte dood van een amateur. De Italiaanse Anti-Narcotic Group (NAS) tapte de telefoon af van de arts en installeerde in zijn praktijk een verborgen camera. In maart 2004 adviseerde Santuccione de professionele wielrenner Danilo Di Luca (1976-) via telefoon om zich voor de start van Milaan-San Remo met EPO te laten inspuiten. Daarop antwoordde Di Luca dat hij die avond met teammaat Alessandro Spezialetti (1975-) zou langskomen. Later op videobeelden was duidelijk te zien hoe Santuccione twee wegwerpspuiten met EPO vulde en daarna zijn kantoor verliet naar de plek waar Di Luca en Spezialetti op hem zaten te wachten. Danilo Di Luca kreeg voor zijn aandeel drie maanden schorsing, de arts werd levenslang geschorst.
De Italiaanse renner Matteo Gigli (1978-) kreeg drie jaar schorsing nadat een test uitwees dat hij EPO had gebruikt.
De Spaanse renner Francisco Pérez Sánchez (1978-) won twee ritten in de Ronde van Romandië, maar werd uit de uitslag geschrapt nadat men EPO in zijn urine had gevonden. Hij kreeg ook achttien maanden schorsing aan zijn been.
Zwemmen
De FINA schorste drie van haar leden. De Syrische zwemmer Mahmoud Jadaan (1971-) en de Iraanse waterpolospeler Reza Ojagh testten positief op Metenolone en Nandrolone en werden vier jaar geschorst.
De Nederlandse zwemster Linda van Herk (1989-) kreeg twee jaar aangesmeerd voor het weigeren van een dopingtest. De ‘affaire van Herck’ startte bij de kwalificatiewedstrijden van de Nederlandse kampioenschappen in Amersfoort. Na afloop moest ze van de dopingcontroleurs een plasje afleveren, maar op aandringen van haar vader onderbrak ze de procedure en ging ze naar huis. De door de FINA opgelegde schorsing werd nadien gehalveerd.
De Chinese zwemmer Li Ning kreeg twee jaar schorsing nadat men sporen van testosteron gevonden had, zijn trainer Liu Guangtan werd levenslang verbannen.
In april 2003 overleed de voormalige zwemmer Torsten Karl (1963-2003) aan de gevolgen van een hersentumor. In de jaren '80 kroonde hij zich driemaal tot DDR-kampioen op de 200m vlinderslag. Hij zwom bij SC Turbine Erfurt waar hij samen met de Olympiawinnaressen Birte Weigang (1968-) en Cornelia Sirch (1966-) door Wolfgang Fricke getraind werd en er net als zoveel anderen gedopeerd werd. Clubarts Ute Gerullis wees de trainer op de gevaren van Oral-Turinabol, Karl kreeg harde spieren en reageerde enorm gevoelig op spierspanningen.
In 1985 werd Birte Weigang (1968-) Europees kampioen 100m rugslag en won ze met de DDR-ploeg ook de 4 x 100m wisselslag. In 1986 haalde ze op het WK brons op de 200m vlinderslag en in 1987 tikte ze met de ploeg van de DDR als eerste aan na 4 x 100m wisselslag en haalde ze zilver op de 100 en de 200m vlinderslag. Een artikel uit de 'Berliner Zeitung' van april 2003 verhaalde haar dopingverleden. Nadat ze wegens rugklachten een RX liet nemen stelde men vast dat twee ruggenwervels gebroken waren, niet alleen omdat ze veel te hard trainde maar vooral omdat de door anabole steroïden versterkte spieren veel te sterk waren geworden voor haar skelet. Het daaraan verbonden discussyndroom betekende het begin van een lijdensweg door ziekenhuizen. Bewust had ze nooit doping genomen, maar het is geweten dat de DDR-verantwoordelijken hun niets vermoedende atleten en zwemmers volstouwden met Oral-Turanibol. De gevolgen waren nog uitgebreider. Als ze haar rechterbeen meer dan een half uur belastte sliep het in en kon ze het niet meer beheersen. Haar hart was abnormaal groot en de rechter hartspier ernstig beschadigd. Haar aangezicht en postuur waren vermannelijkt.
Zwemster Claudia Poll (1972-) uit Costa Rica werd vier jaar geschorst, na een positieve test buiten competitie op Nandrolone. In beroep werd die straf gehalveerd
De Braziliaanse zwemster Laura Azevedo (1983-) werd betrapt op het gebruik van anabolica. In 2005 kreeg ze levenslang omdat ze het jaar voordien een dopingcontrole geweigerd had.
De Australische rugslag zwemmer Andrew Burns (1983-) werd drie maanden geschorst na een positieve test op xtc. Hij moest ook de achthonderd Australische Dollar terugstorten die hij tijdens de Sydney Grand Prix gewonnen had, evenals een beurs van duizend Australische Dollar.
De Wit Russische zwemster Aleksandra Gerasimenya (1985-) kreeg twee jaar schorsing na een positieve plas op norandrosterone. Ondanks die straf kwam ze later terug en won ze zowel op het EK als het WK goud en op de Olympische Spelen van 2012 in Londen de zilveren medaille op de 50 en 100m vrije slag.
De Oekraïnse schoolslagspecialiste Yuliya Pidlisna (1987-) werd na het EK voor junioren twee jaar geschorst toen de dopingcontrole het gebruik van Stanozolol openbaarde.