1999

1999

In opdracht van de Franse krant 'Nouvel Observateur' werd een studie uitgevoerd bij 90% van de renners die tussen 1947 en 1998 aan de Tour de France hadden deelgenomen, het ging om 2.363 deelnemers. Hieruit bleek dat in vergelijking met de doorsnee Europeaan de renners die na 1970 voor het eerst aan de Tour deelnamen een 2,5 maal hogere kans hadden om voor hun 45ste aan een hart-vaatziekte te sterven. Tien renners waren al plots gestorven, twee Belgen, een Spanjaard, drie Fransen en vier Nederlanders. Tussen 25- en 34-jarige leeftijd lag het sterftecijfer bij renners zelfs vijfmaal hoger dan bij doorsnee Europeaan.

Het Internationaal Olympisch Comité richtte het onafhankelijk bureau World Anti-Doping Agency (WADA) op. De medische commissie van het IOC definieerde doping als:

"The use of an expedient, whether substance or method, potentially harmful to health and capable of enhancing the athlete’s sports performance, or the presence in the athlete’s body of a substance, or evidence of the use of a method where such substance or method appears on the list annexed to the present Code."

vrij vertaald:

"Het gebruik van een hulpmiddel, zowel substantie als methode, die mogelijk schadelijk is voor de gezondheid en die in staat is de sportprestaties van de atleet te verhogen of de aanwezigheid van een substantie in het lichaam van de atleet, of het bewijs van het gebruik van een methode waarbij dergelijke stof of methode voorkomt op de lijst die aan het huidige wetboek werd toegevoegd."

Atletiek

 

De Russische kogelstootsters Vyta Pavlych (1969-) en Irina Korschanenko (1974-) veroverden plaats een en twee op het WK indoor, maar moesten de medailles inleveren nadat de dopingcontrole het gebruik van testosteron aanwees. Ze werden elk twee jaar geschorst.

Een schokgolf door de sportwereld, Merlene Ottey (1960-), een van de meest succesrijke vrouwelijke atleten aller tijden, moest zich in 1999 noodgedwongen uit het WK Atletiek terugtrekken. Enkele maanden voordien was ze in Zwitserland op het gebruik van Nandrolone betrapt.

De Britse sprinter Linford Christie (1960-), die jarenlang verrassingscontroles had ontlopen door aan controleurs enkel zijn kantooradres op te geven, werd begin 1999 toch op het gebruik van nandrolone betrapt. Hij had dat product niet gebruikt, wel had hij besmette avocados gegeten was het excuus.

De Nederlandse sprinter Troy Douglas (1962-) testte positief op nandrolon. De Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie sprak hem vrij omdat de feiten niet konden bewezen worden. De IAAF aanvaardde de vrijspraak echter niet en schorste hem twee jaar.

Voormalig Olympisch en wereldkampioen hoogspringen Javier Sotomayor (1967-) werd op de Pan Amerikaanse Spelen van 1999 betrapt op het gebruik van cocaïne. Daarmee mocht de Cubaan de Spelen van Sydney vergeten. Na meerdere hoorzittingen halveerde het IAAF zijn straf, waardoor hij toch nog naar de Spelen kon. In september 2001 kondigde Sotomayor aan dat hij het hoogspringen voor bekeken hield waardoor hij een levenslange schorsing ontliep. Enkele dagen voordien vond men bij een onaangekondigde controle in zijn trainigingskamp nandrolone in zijn urine.

Bij een dopingcontrole op 19 oktober 1999 testte de Duitser Dieter Baumann (1965-) positief op nandrolone. Op het proces voor de Duitse Atletiek Federatie verdedigde de Olympisch kampoen op de 5.000m van Barcelona zich met het feit dat er norandrostenedione in zijn tandpasta zat, een oude beproefde Stasi-methode. Vandaar dat deze zaak vaak de ‘tandpasta-affaire’ wordt genoemd. De Duitse atletiekbond sprak hem vrij, het IAAF daarentegen legde hem een schorsing van drie jaar op.

De Engelse kogelstoter Carl Myerscough (1979-) testte positief op een ‘cocktail’ van verboden middelen en werd daarvoor door de eigen bond twee jaar geschorst terwijl het IOC hem een levenslang deelnameverbod aan de Spelen oplegde. Nadien vernietigde het arbitragehof voor de Sport de olympische verbanning. Myerscough is die doping steeds blijven ontkennen en dacht dat hij het slachtoffer van sabotage was. Hij huwde de Amerikaanse hamerslingeraarster Melissa Price (1979-) die bij het beruchte BALCO dossier betrokken was.

De Rus German Skurygin (1963-2008) kroonde zich tot wereldkampioen 50 kilometer snelwandelen, maar werd op dopinggebruik betrapt. Omwille van de gevonden Gonatropine moest hij het goud inleveren en werd hij twee jaar geschorst. Op 45-jarige leeftijd stierf hij aan een hartaanval. 

Basketbal

De Oostenrijkse basketspeler Stjepan Stazic (1978-) speelde in Italië, maar toen hij bij een controle positief reageerde op het anabolicum Clostebol schorste de Italiaanse bond hem, waarop hij naar Frankrijk verhuisde.

Bodybuilding

In 1999 werd bij de Amerikaanse bodybuilder Kenneth Wheeler (1965-), beter bekend als Flex Wheeler, de nierziekte 'focale segmentale glomerulosclerose' ontdekt. In de pers verschenen speculaties over de oorzaak. 

“Als je op mijn niveau aan bodybuilding doet, moeten er wel slechte dingen met je gebeuren,” zei Flex Wheeler, “je moet teveel hightech middelen gebruiken en je hoeft maar één keer iets fout te doen of je hele leven is voorbij.”

Voor elke wedstrijd consumeerde Wheeler voor tienduizend dollar aan anabolen, die hij als vedette gratis kreeg. Nadelige effecten ervan merkte hij niet op, behalve dat hij agressief werd. Ronduit gevaarlijk waren de diuretica. Meerdere keren belandde Wheeler in het ziekenhuis met verkrampte spieren, terwijl hij het uitschreeuwde van de pijn. Een paar keer was hij ei zo na dood. Artsen waarschuwden hem dat hij zijn leven op het spel zette. Eigenlijk wilde Flex in 1997 al stoppen met de middelen, toen duidelijk werd dat zijn nieren verschrompelden. In 2003 onderging Wheeler een niertransplantatie, waarna hij doodziek werd. Om hem van het opgehoopte vocht te verlossen moesten de artsen zijn been opereren, en dat was slechts één van de vijf operaties die hij onderging.

“Ik kon niet anders, zonder die middelen kwam ik er bij wedstrijden niet aan te pas. En als je niet hoog eindigde, kreeg je geen prijzengeld.”

Cricket

De Engelse cricketspeler Ed Giddins (1971-) werd omwille van cocaïnegebruik negentien maanden geschorst. Bovendien kreeg hij bij Sussex de bons.

Gewichtheffen

De Oostenrijkse gewichtheffers Manfred Kraushafer (1969-) en Dietmar Oberdanner (1971-) eindigden in het nationaal kampioenschap eerste en tweede in de categorie tot 85 kg, maar na hun positieve test mochten ze hun medailles inleveren.

Ook de Oostenrijker Werner Höller (1977-), nationaal kampioen in de categorie tot 69kg, had aan de verboden middelen gezeten, hij werd betrapt op het gebruik van Fentermin.

Hockey

Russell Garcia (1970-) won met de Britse hockeyploeg goud op de Spelen van 1998 in Seoul en was toen met achttien jaar de jongste olympisch kampioen in dat nummer. Hij speelde meer dan driehonderd wedstrijden voor de nationale ploeg en scoorde daarin zeventig doelpunten. Bij een controle in 1999 bleek dat hij cocaïne gebruikte en daarvoor werd hij drie maanden geschorst.

Voetbal

Thomas Ziemer (1969-) van de Duitse Bundesligaclub 1. FC Nürnberg kreeg negen maanden schorsing na een positieve test op anabole steroïden

Thorsten Rohrbach (1976-), reservedoelman bij de Duitse tweedeklasser Kickers Offenbach, werd na de wedstrijd tegen Waldhof Mannheim gepakt op het gebruik van Tramadol, waarvan het actieve bestanddeel tramadolhydrochloride een opiumderivaat is.

De Turkse voetballer Hasan Sas (1976-), die zowel door zijn fanatiek gedrag opviel als door zijn beslissende doelpunten en kale hoofd, werd zes maanden geschorst omdat een dopingtest het gebruik van fenylpropanolamine reveleerde.

Wielrennen

Als gevolg van het dopingschandaal ‘Le Pot Belge’ van juli 1998 in Poitou-Charentes werden 31 mensen in staat van beschuldiging gesteld op verdenking van het verwerven, het vervoer, het bezit, de verkoop en het gebruik van verboden middelen. Onder de beklaagden heel wat liefhebbers en ex-professionals zoals Jean-Claude Genty (1945-), Eugène Letendre (1941-2014), Alain Meslet (1950-) en Pierrick Gillereau (1968-).

Na de bekentenis van een amateur vond de politie in het Italiaanse Brescia een hele reeks dopingproducten. Hierna werden achttien personen in verdenking gesteld waaronder de voormalige wielrenners Giorgio Addis, Paolino Dotti, Pierino Gavazzi (1950-) maar ook drie apotekers. Die zouden vanaf 1996 al groeihormonen, EPO, testosteron, oxandrolon en ACTH aan renners geleverd hebben. Het proces begon in januari 2003 en de voormalig Italiaans kampioen Gavazzi werd tot zes maanden gevangenis veroordeeld, omdat hij door medicamenten af te leveren illegaal het beroep van arts en apoteker had uitgeoefend. Dotti kreeg twee maanden en Addis negen.

In de driedaagse van De Panne brak op de tweede dag een schandaal los, toen de politie het peleton kort na de start tegenhield en de renners van Mapei meenam voor verhoor. De oorzaak was een door de politie onderschept pakje met ampullen amfetamines dat verzorger Tiziano Morassut via DHL naar Gianni Bugno (1964-) had verstuurd. In december 2002 werd Bugno, samen met zijn vader, verzorger Morassut en ex-wielrenner Edouard Vanhulst (1955-) door de Rechtbank van Kortrijk tot zes maanden gevangenis veroordeeld en een geldboete van 4.957,87 Euro.

De Oostenrijkse kampioen tijdrijden Florian Wiesinger (1999-) werd op het gebruik van pseudo-efedrine betrapt, waarvoor hij drie maanden geschorst werd en de titel moest inleveren.

In oktober 1999 berichtte de Duitse krant 'Berliner Zeitung' dat twintig voormalige profrenners vroegtijdig gestorven waren, voornamelijk aan de gevolgen van kanker, hartfalen en zelfmoord. Onder hen o.a. vice-wereldkampioen sprint Ernst Streng (1942-1993), wereldkampioen op de weg Heinz Müller (1924-1975), Duits wegkampioen Dieter Puschel (1939-1992) en Duits omniumkampioen Klemens Großimlinghaus (1941-1991). Buiten de wijd verspreidde amfetaminen gebruikten de Duitse renners toen ook al anabolica, vooral Decadurabolin, dat ze inspoten van februari tot mei.

In een interview met het Franse magazine Paris-Match van april klapte de Franse profrenner Jean-Christophe Currit (1969-) uit de biecht over hoe stalen van dopingcontroles niet erkend werden omwille van procedurefouten. De zending moest verkeerd geadresseerd worden, een slecht klevend etiket loste zich van het proefbuisje, een flesje verdween door menselijke fout. Uiteraard had dit een prijs, om ervan te genieten moest de betrapte renner tussen veertig- en zestigduizend Franse Frank ophoesten.

Het politieonderzoek kende een eerste succes met de inbeslagname van dopingproducten bij Claude Deschamps en Jacques Guillandou, twee leveranciers van ‘le pot belge’. Daarna volgde de arrestatie van Patrick Charron (1948-) (foto), een vriend van de beruchte Bernard Sainz (1943-), die zowel in het wielrennen als in de paardensport gekend was als ‘Dr. Mabuse’. De producten werden door de broers Michel en Bozena Korycki vanuit Polen binnengesmokkeld. Een jaar later veroordeelde de Rechtbank Charron tot een boete van 150.000 Franse Frank (22.500 Euro) en drie jaar gevangenis. In beroep kwam daar nog een jaartje bij. Deschamps en Guillandou van hun kant kregen 30 maanden, waarvan 24 met uitstel, terwijl de Poolse broers bij verstek vijf en twee jaar hechtenis kregen. Er werd een internationaal opsporingsbevel tegen hen uitgeschreven. 24 gebruikers moesten tussen de 2.500 en 8.000 Franse frank boete betalen.

Een jaar na het Festina schandaal opende de Franse justitie een nieuw dopingdossier. Roger Legeay (1949-), sportbestuurder bij GAN en in 1974 tijdens Parijs-Nice als renner betrapt op het gebruik van amfetamines, beschuldigde ploegarts Patrick Nédelec ervan twee van zijn renners gedopeerd te hebben. Philippe Gaumont (1973-2013) en Laurent Desbiens (1969-) testten bij een dopingcontrole positief op nandrolone. Na het disciplinaire onderzoek van de Franse wielerbond (FFC) kreeg de sportarts, die voordien instond voor de dopingcontroles van de federatie, drie jaar schorsing. Omdat Nédelec de hypocrisie kotsbeu was, trok hij zich volledig terug uit de wielersport en opende hij een privé praktijk op de Parijse Champs Elysées.

Philippe Gaumont (1973-2013) testte in 1996 tweemaal positief op nandrolone, in 1998 werd hij opnieuw twee keer gepakt op datzelfde medicament. Het jaar nadien vond men amfetamines in zijn urine en in 2004 bekende hij aan de Franse politie dat hij sedert het begin van zijn professionele loopbaan herhaaldelijk EPO had gebruikt. Hij voegde er nog aan toe dat zeker 95% van de profs zich dopeerde en dat hij twijfelde of men de Ronde van Frankrijk zonder doping kon winnen. Hij trok zich terug uit het professionele wielrennen, gaf heel wat interviews en publiceerde het boek ‘Prisonnier du dopage’, ‘Gevangene van de doping’, waarin hij doping- en maskeermethodes uit de doeken deed maar ook hoe renners zichzelf dopeerden. Hij leverde details over het ontlopen van een positieve dopingtest op corticosteroïden, zo moest je je testikels irriteren met zout om een huiduitslag uit te lokken, waarop je een tube cortisone zalf kreeg voorgeschreven. Urinetest kunnen immers geen onderscheid maken tussen ingespoten en gesmeerde cortisone en het voorschrift maskeerde dus het gebruik van inspuitingen. In mei 2013 raakte Gaumont in coma na een hartinfarct, enkele dagen later stierf hij.

Tijdens de Tour de France van 1999 testte Lance Armstrong (1971-) positief op triamcinolonacetonide. De kleine hoeveelheden corticoïden in zijn urine werden door een huidcrème verklaard, hij toonde het voorschrift aan het UCI en werd vrijgesproken. Nochtans had hij op het dopingrapport achter de vraag ‘Genomen medicatie’ ‘niets’ ingevuld en ook de ploegleiding wilde nadien geen commentaar kwijt. Keer op keer ontkende Armstrong het EPO gebruik, nochtans gaven twee van zijn toenmalige ploegmaats toe dat ze wel degelijk EPO hadden gekregen.

Door de zogenaamde 'omertà' in het wielrennen was enkel het topje van de ijsberg gekend. In publicaties en bekentenissen van betrapte renners doken steeds opnieuw dezelfde namen op. Eerst was er de Franse arts Bernard Sainz (1943-), 'Dr. Mabuse' had renners als Frank Vandenbroucke (1974-2009), Bernard Hinault (1954-), Francesco Moser (1951-) en Philippe Gaumont (1973-2013) onder zijn hoede, maar was tot dan toe nooit veroordeeld.

In Italië werden drie artsen aan dopingpraktijken gelinkt: Francesco Conconi (1945-), Michele Ferrari (1953-) en Luigi Cecchini (1944-). In 1998 waren alle drie het mikpunt van een Italiaanse openbare aanklager. In Bologna speelde apotheek 'Giardini Margherita' een centrale rol in het drughandeltje, er werden heel wat voorschriften van anabole steroïden, hormonen en andere dopingproducten in beslag genomen. De drie artsen kregen de bijnaam ‘Preparatore’, ze begeleidden competitiesporters met gedetailleerde trainingsschema’s en uitgebalanceerde medische ondersteuning. Van de Deense Wielerbond moest Bjarne Riis (1964-) een punt zetten achter de samenwerking met de drie Italianen.

Er zou ook een link bestaan tussen de drie Italianen en de Spaanse dopingdokters José Luis Merino Batres en Eufemiano Fuentes (1955-).

Verder verklapte de Italiaanse renner Filippo Simeoni (1971-) dat dokter Carlo Santuccione (1947-) hem vanaf 1993 regelmatig EPO inspoot, de arts die door de Italiaanse renner Riccardo Riccò (1983-) als dopingleverancier werd aangewezen. Nochtans was Santuccione, in het wielermilieu bekend als ‘Ali de Chemicus’, door de Italiaanse Wielerbond van 1995 tot 2000 geschorst als sportarts. Na de plotse dood van een liefhebber kwam hij in 2003 opnieuw in de negatieve belangstelling. Men bewaakte zijn praktijk met videocamera’s en tapte zijn telefoon af. In juni 2004 kreeg hij zelfs beroepsverbod. Omdat ook Danilo di Luca (1976-) zich toch door hem liet behandelen werd de Italiaanse renner drie maanden geschorst en verloor hij al zijn gewonnen ProTour-punten. Op 17 december 2007 sprak het Italiaanse Olympisch Comité een levenslang beroepsverbod uit en kregen alle sporters het verbod om zich nog tot hem te wenden. Ook mocht Santuccione zich niet meer in sportstadia vertonen. In januari 2009 werd hij samen met sportarts Simone Giustarini en achttien andere personen opnieuw aangeklaagd.

Na zijn winst in de elfde rit van de Tour de France stuurde de wielerploeg Lampré Ludo Dierckxsens (1964-) huiswaarts. Bij de dopingcontrole na aankomst had de Belg aan de arts het gebruik van het cortisonepreparaat Synacthene verklapt. Het product was hem de maand voordien voor een kniekwetsuurvoorgeschreven. De Koninklijke Belgische Wielrijdersbond schorste hem zes maanden, uit vrees voor een strengere straf ging hij niet in beroep. Toppunt was dat de dopingtest uiteindelijk negatief was.

Twee dagen voor het einde werd roze trui drager Marco Pantani (1970-2004) uit de Giro d’Italia gezet, omdat een te hoog hematocrietgehalte het gebruik van EPO had verraden.

In augustus 1998 testte de Duitse wielrenner Uwe Ampler (1964-) in de Sachsen Tour positief op steroïden. Hij bekende de feiten maar wees erop dat hij medicatie tijdens een griepaanval had geslikt. De tuchtraad van de Duitse wielerbond schorste hem negen maanden en hij werd met onmiddellijke ingang door zijn team ontslagen. Twee jaar voordien kwam hij in het nieuws toen hij voor de Deense televisie zijn voormalig werkgever Telekom van systematisch EPO gebruik beschuldigde.

De Deense renner Claus Michael Møller (1968-) kreeg twee jaar schorsing van zijn nationale wielerbond, nadat men sporen van anabole steroïden in zijn urine vond. Zelf ontkende hij alle schuld.

De Fransman Laurent Roux (1972-) werd op het gebruik van amfetaminen betrapt en zes maanden geschorst. Bij een dopingcontrole buiten competitie werd hij in 2002 opnieuw op amfetaminen betrapt. In 2006 tenslotte bekende hij tijdens een dopingtest in Bordeaux dat hij EPO, menselijk groeihormoon, cortisone en testosteron had gebruikt.

Tijdens de Ronde van Beieren werd bij Christian Henn (1964-) een reusachtige hoeveelheid testosteron gevonden, maar de voormalige Duitse kampioen had daarvoor een uitleg. Omdat hij en zijn vrouw graag een tweede kindje wilden, had zijn schoonmoeder hem een vruchtbaarheidsbevorderend kruidendrankje gegeven. In mei 2007 was hij een van de vele Telekom renners die toegaf dat de hele ploeg tussen 1995 en 1999 EPO gebruikte.

De Zwitserse renner Urs Graf (1974-) testte positief op testosteron na de vijfde rit van de Ronde van Romandië en kreeg hiervoor acht maanden schorsing met een boete van 2.400 Deutsche Mark.


 
De Franse krant 'L’Equipe' kreeg de hematocrietwaarden in handen van de renners van het Italiaanse Gewiss-Ballan. En het dient gezegd, om schrik van te krijgen. Zo steeg de waarde van de Deen Bjarne Riis (1964-), die in 1996 de Tour de France won, van 41,1% in januari naar 56,3% in maart. De Rus Piotr Ugrumov (1961-), in 1994 tweede in de Tour de France, zag zijn waarde stijgen van 32,8% naar 60%. De Italiaan Ivan Gotti (1969-) steeg van 40,7 naar 54%, de Rus Vladislav Bobrik (1971-) van 42,7 naar 53%, de Italiaan Bruno Cenghialta (1962-) van 37,2 naar 45%, de Italiaan Francesco Frattini (1967-) van 46 naar 54%, de Italiaan Nicola Minali (1969-) van 41,7 naar 54%, de Italiaan Alberto Volpi (1962-) van 38,5 naar 52,6% en de Rus Evgueni Berzin (1970-) tenslotte van 41,7 naar 53%.

Zwemmen

Tien Chinese zwemmers werden samen met hun coaches geschorst voor dopingmisbruik, voor sommigen was het al de tweede keer.

Bij een controle buiten competitie testten de Chinese zwemmers Wang Wei (1986-) en Xiong Guoming (1987-) positief op Clenbuterol. Het gevolg van een geroerbakt gerecht varkenslever was hun verdediging. Gezien ze tijdens de Aziatische Spelen van 1994 ook al een positief plasje hadden afgeleverd werden ze nu voor drie jaar geschorst. Daarnaast werden nog vier anderen geschorst.

Op 14 januari 1999 kondigde de FINA tijdens het WK zwemmen aan dat Yuan Yuan (1976-) vier jaar geschorst werd omdat ze dertien flesjes menselijk groeihormoon Australië wilde binnensmokkelen. Haar coach Zhou Zewen, die de verboden producten in haar koffer stak kreeg vijftien jaar.

Bovendien werden vier Chinese zwemmers huiswaarts gestuurd, toen ze op het WK in het Australische Perth een positief plasje afleverden. In haar rapport preciseerde de FINA dat drie vrouwen, Wang Luna (1980-), Cai Huijue (1980-) en Zhang Yi (1987-) positief hadden getest op het diureticum Triamterene.

De Sloveense 1500m specialist Igor Majcen (1969-) zat aan de nandrolone en kreeg vier jaar aan zijn broek.

De synchroonspringster Tracy Bonner (1974-) kreeg een jaar schorsing voor haar plasje met amfetamine, maar later bleek dat de Amerikaanse dit middel nam voor narcolepsie. Nadat ze van die kwaal genezen was ging ze werken bij ‘Cirque du Soleil’. De Russische wereldkampioene op de 3m-plank Yuliya Pakhalina (1977-) mocht twee maanden toekijken na een positieve cafeïne test.

De Spaanse zwemmer David Meca (1974-) kreeg te horen dat hij op de Worldcup na de 25km open water een positieve test afleverde op nandrolon. Hij werd twee jaar geschorst, maar nadien werd die straf gehalveerd. In 2003 eindigde hij tweede op het WK 10km, in 2004 en 2005 zwom hij het Kanaal over en in 2005 kroonde hij zich in Montreal tot wereldkampioen 25km.