2004 - Athene
Athene 2004
"Welcome Home" was het motto van de Olympische Spelen van Athene.
10.625 atleten, 600 meer dan verwacht, begeleid door 5.501 officials uit 201 landen kampten in 301 onderdelen van 28 verschillende sporten voor 929 medailles.
De Marshalleilanden, Tuvalu en Vaticaanstad bleven afwezig.
Omdat er in 1997 na het toekennen van de Spelen weinig beweging te zien was in de bouwwerkzaamheden van Athene, dreigde IOC President Juan Antonio Samaranch (1920-2010) ermee om de organisatie uit Griekenland weg te halen. Daarop schoten de Grieken in gang, zo legden ze een grote snelweg aan rond Athene, zorgden ze voor een tweede en een derde metro en verbeterden ze hun spoorwegennet. Toch bleef het tot op het laatste moment onzeker of elke infrastructuur in september zou klaar zijn, want in juni 2004 waren amper 15 van de 39 stadia gebruiksklaar. Gelukkig lukte dat wel en zelfs het dak van het Olympisch stadion stond er, enkel het zwembad bleef onoverdekt. Ook waren de bomen veel te laat geplant, zodat men praktisch nergens schaduw kon vinden.
Tijdens de Algemene Vergadering van het IOC haalde de 77-jarige Griekse President Konstantin Stefanopoulos (1926-) zwaar uit naar de leiding van het Internationaal Olympisch Comité:
“Er waren doordachte en gerechtvaardigde voorstellen van uw comité en ook van eerlijke vrienden van de Olympische idee. Ik ben echter verbitterd door een reeks boosaardige en ironische commentaren van anderen, die een organisatorische mislukking voorspelden.“
Verder verwees hij naar een interview met de nieuwe IOC president Jacques Rogge (1942-), die het toekennen aan Athene een foute beslissing had genoemd:
“Wat ik niet kan aanvaarden is de verklaring dat het fout was om de Spelen aan Griekenland toe te kennen.“
Tijdens de bouwwerken stierven dertien arbeiders, wat tot net voor de opening voor protesten zorgde. De demonstranten klaagden het ontbreken van veiligheidsmaatregelen aan en stelden de bouwheren verantwoordelijk voor alle ongevallen.
De rush op de inkomkaarten kwam pas laat op gang, enkele dagen voor de openingsceremonie waren 2,7 miljoen van de 5,7 miljoen beschikbare kaarten nog niet verkocht.
In 1997 raamde het lokale organisatiecomité de kosten op 1,25 miljard Euro en verwachtte het een winst van 33 miljoen Euro. In maart 2004 verhoogde de toenmalige regering de kostenraming naar 4,6 miljard Euro, uiteindelijk werd het 6 miljard. Daar bovenop kwam 9 miljard Euro voor het aanleggen van een nieuwe verkeersinfrastructuur. Van winst werd toen al helemaal niet meer gesproken en dat hebben de Grieken nadien geweten
Zo’n 21.600 mediamensen verzorgden de berichtgeving.
Mascotte
Athena en Phoebos waren de mascottes, de Griekse goden Athena en Apollo, die als bijnaam Phoebos had. De mascottes waren eigenlijk een tweeling, hoewel volgens de Griekse mythologie Artemis en niet Athene de tweelingzuster van Apollo is.
Voor het eerst
Buiten de gebruikelijke gouden medaille kreeg de winnaar ook een uit olijftwijgen gevlochten krans op het hoofd.
Eerste deelname van de Republiek Kiribati, een eilandengroep in Oceanië, die twee atleten en één gewichtheffer inschreef.
Gal Fridman (1975-) won één van de onderdelen in het windsurfen en was daarmee de eerste Israeliër die goud haalde. Zijn vader was ook surfer en gaf zijn zoon de voornaam Gal, het Hebreeuws voor ‘golf’. Vier jaar voordien in Atlanta haalde Fridman brons en daarnaast won hij verschillende medailles op EK's en WK's. Zijn winst van Athene droeg hij op aan de elf slachtoffers van de Spelen in München.
Door zijn winst op de 400m horden bezorgde Félix Sánchez (1977-) de Dominicaanse Republiek een eerste gouden medaille. Met 47.68 bleef hij zowel de Jamaicaan Danny McFarlaine (1972-) voor, die 48.11 nodig had als de Fransman Naman Keita (1978-) die na 48.26 finishte. Hoewel hij in zijn geboortestad New York leefde, nam 'Super Felis', 'The Invincible' of 'The Dictator', zoals zijn koosnaampjes luidden, vanaf 1999 voor de Dominicaanse Republiek deel aan grote meetings. Hij studeerde af als psycholoog aan de University City High School van San Diego, California. Tussen 2001 en 2004 won hij 43 wedstrijden op rij, waaronder de WK's van 2001 en 2003. In 2002 haalde hij ook de 'million dollar jackpot' van de Golden League binnen, nadat hij alle zeven wedstrijden won. Na zijn eerste wereldtitel droeg hij een door batterijen aangedreven armband, die tijdens de wedstrijd rood oplichtte. Toen hij na de Spelen van Athene tijdens de Memorial Vandamme in Brussel besloot om zonder armband te lopen, werd hij prompt geklopt, de eerste nederlaag in drie jaar. 2005 was het jaar van de kwetsuren, op het WK in Helsinki haalde hij de finale nog, maar daarin moest hij al na enkele meters door een spierblessure opgeven. Omwille van kalkafzetting werd hij later aan zijn rechtervoet geopereerd. De echte comeback vierde hij op het WK van 2007 in Osaka, waar hij met 48.01 zilver haalde.
Leontien Zijlaard-van Moorsel (1970-) werd de eerste wielrenster die vier keer goud haalde op verschillende Spelen. In de wegwedstrijd kwam de Nederlandse zwaar ten val en alles wees erop dat zij haar drie gouden en één zilveren medaille niet kon verdedigen. Ze zette echter orde op zaken met winst in de individuele tijdrit en enkele dagen later haalde ze ook brons in de achtervolging.
“All the world knows that we are not strong like other athletes. But I tried my best.”
Vrij vertaald:
“Heel de wereld weet dat wij niet zo sterk zijn als andere atleten. Maar ik heb mijn best gedaan.”
De woorden van Friba Razayee (1987-) na haar 45 seconden durend gevecht tegen de Spaanse Cecilia Blanco (1979-) in de voorronde in het judo. De Afghaanse was onder het Taliban-regime haar land ontvlucht en uitgeweken naar Pakistan. Aanvankelijk bokste ze, maar na haar terugkeer naar Afghanistan schakelde ze over op judo.
Robina Muqim Yaar (1986-) was de tweede geselecteerde van Afghanistan. In eigen land moest ze zich op een volledig vernielde looppiste voorbereiden, de Taliban had sporten immers verboden. Met een chrono van 14.14 sneuvelde ze in de reeksen van de 100m. In de eindafrekening was ze daarmee zelfs niet laatste, want ze eindigde 62ste op 63 deelneemsters. Fartun Akabar Omar (1986-) liep nog eens 15/100ste trager. De Somalische, die nog nooit een 100m had gelopen, liep op zeker ogenblik zelfs in de baan naast de hare. Blijkbaar had Yaar na Athene niet veel meer getraind, want vier jaar later in Beijing liet ze een povere 14.80 optekenen.
Nooit eerder gezien in competitie, de score van Alexei Nemov (1976-) werd aangepast nadat het publiek de turnjury minutenlang had uitgejoeld omdat het vond dat hij te weinig punten kreeg.
Door een juryfout miste de Zuidkoreaan Tae Young Yang (1980-) het goud in de individuele meerkamp. Na die finale werden drie kamprechters geschorst, dank zij hen won de Amerikaan Paul Hamm (1982-) uiteindelijk het nummer.
Gewichthefster Nurcan Taylan (1983-) won als eerste vrouw goud voor Turkije, daarvoor moest ze twee keer het eigen lichaamsgewicht stoten. Bovendien werd ze zes keer Europees kampioen en eenmaal Wereldkampioen met zes Europese en twee wereldrecords als toetje. In september 2004 kwam coach Mehmet Üstündag, die ook de hele Turkse damesploeg begeleidde, in een kwaad daglicht te staan. Een Turkse rechtbank beval zijn arrestatie nadat Sibel Simsek (1984-), Avlin Dasdelen (1982-) en Sule Sahbaz (1978-) hem van jarenlang seksueel misbruik en brutaal lichamelijk geweld beschuldigden. Dasdelen ging nog een stapje verder, tijdens een televisie uitzending wees ze hem als verantwoordelijke aan voor de zelfmoord van teammaatje Esma Can. Enkel Taylan verdedigde haar coach en noemde het trio een 'bunch of lesbians'. Onderzoek nadien kon de feiten nooit bevestigingen. Sule Sabbaz mocht tenslotte niet aantreden omdat ze net voor de competitie op doping werd betrapt.
De meest succesvolle atleten
De Verenigde Staten konden de grootste medaille oogst voorleggen: 35 keer goud, 39 keer zilver en 26 maal brons, of een totaal van 103.
De Amerikaan Michael Phelps (1985-) won zes keer goud: 100 en 200m vlinderslag, 200 en 400m wisselslag, 4 x 100m wisselslag en 4 x 200m vrije slag. Daaraan voegde hij brons toe op de 200m en de 4 x 100m vrije slag. Het ontlokte hem de quote:
“I guess I might be the best athlete ever.” Vrij vertaald: “Ik veronderstel dat ik de beste atleet ooit zou kunnen zijn.”
Kanospecialiste Birgit Fischer (1962-) verhoogde haar oogst met nog maar eens twee medailles. De 42-jarige Duitse won goud in de K-4 en zilver in de K-2. Daarmee werd zij de eerste vrouw die op zes verschillende spelen goud won en de eerste persoon die op vijf verschillende spelen minstens twee medailles veroverde.
Voor de elfde keer in de Olympische geschiedenis goud voor het Duitse dressuurteam Hubertus Schmidt (1959-), Heike Kemmer (1962-), Ulla Salzgeber (1958-) en Martin Schaudt (1958-).
De Marokkaan Hicham El Guerrouj (1974-) was de beste over 1.500 en 5.000m. Daarmee evenaarde hij de prestatie van legendarische Fin Paavo Nurmi (1897-1973), die hetzelfde exploot lukte op de Spelen van 1924 in Parijs. In de 1.500m hield hij de in 2003 tot Amerikaan genaturaliseerde Keniaan Bernard Lagat (1974-) achter zich. De winst op de 5.000m kwam er na een indrukwekkende inhaalrace, El Guerrouj remonteerde de Ethiopische Olympisch kampioen Kenenisa Bekele (1982-), winnaar van de 10.000 meter en versloeg hem nipt. De Marokkaan kroonde zich in 1997, 1999, 2001 en 2003 ook tot wereldkampioen 1500m. Na de Spelen van Athene kwam hij vooral door blessures in het nieuws. Zo moest hij afzeggen voor het WK van 2005 in Helsinki en toen hij ook de indoorkampioenschappen van 2006 van Moskou aan zich moest laten voorbijgaan kapte hij met actief sporten.
Dubbelslag voor Kelly Holmes (1970-), de 34-jarige Britse won de 800 en de 1.500m. Het jaar nadien stopte ze haar sportcarrière
In het softball een buitengewone score bij de eindstand, de Amerikaanse vrouwen versloegen al hun opponenten met een fabuleuze 51-1.
Argentinië boven in de teamsporten, de voetballers wonnen het tornooi zonder tegendoelpunt, de basketters (foto) versloegen het Amerikaans vijftal in de halve finale met 89-81 en in de finale stuurden ze Italië met 84-69 wandelen.
Liefdesverdriet
De Griekse judoka Eleni Ioannou (1984-2004) pleegde zelfmoord door uit het raam te springen. Problemen met haar vriendje, zo bleek. Ze overleed enkele dagen nadat ze op intensieve was opgenomen. Vriendje Giorgos Chrisostomides, naar het schijnt verslaafd aan drugs, was ontzettend jaloers en wilde niet dat ze in het Olympisch dorp verbleef. Enkele dagen later sprong ook hij van hetzelfde balkon, maar hij overleefde de val.
Vervelende allergie
Jade Johnson (1980-) vertegenwoordigde Groot-Brittannië zowel op de Spelen van 2004 als die van 2008, waar ze respectievelijke zesde en zevende werd in het verspringen. Op zich niet het vermelden waard, ware het niet dat ze allergisch was voor…. zand.
Niet alleen goed in sport
Leryn Franco (1982-) werd door Paraguay geselecteerd voor de Spelen van 2004, 2008 en 2012, waar ze deelnam aan het speerwerpen. Maar de schone haalde meer succes als fotomodel en verscheen in 2011 in een fotoshoot van het Amerikaanse magazine 'Sports Illustrated Swimsuit Issue'. Ze nam ook deel aan miss verkiezingen, in 2006 was ze runner-up van Miss Universo en nam ze deel aan de Miss Bikini of the Universe verkiezing.
Record
In Athene sneuvelde enkel het wereldrecord polsstokspringen van de vrouwen. Yelena Isinbayeva (1982-) wipte over 4m91 en dat verbaasde eigenlijk niemand. De Russische werd immers als koningin van het nummer beschouwd en verdedigde die Olympische titel met succes vier jaar later in Beijing. Bovendien werd ze vijf keer wereldkampioen, zodat ze dikwijls vergeleken werd met landgenoot Sergey Bubka (1963-), die in dat nummer ook heer en meester was. In 2007 en 2009 won ze de jackpot van de IAAF Golden League, maar door de mindere prestaties van 2010 besloot ze om van 2011 een sabbatjaar te maken. Als eerste vrouw wipte ze over 5 meter. In augustus 2009 in Zurich overschreed ze 5m06, meteen haar zevenentwintigste verbetering van het wereldrecord. De perfecte lichaamsbeheersing dankte ze aan haar verleden als turnster. In de Russische competitie kwam ze uit voor de ploeg van het Russisch leger, waar ze in augustus 2008 tot kapitein bevorderd werd. Nadien werkte ze haar Universitaire studies Lichamelijke Opvoeding af en deed ze promotiewerk voor Toshiba. Ze was ook één van de 54 elite atleten die lid waren van de in Monaco gehuisveste organisatie Champions for Peace.
Raak maar toch mis
Na het goud op de 50m klein kaliber liggend geweer moest Matthew Emmons (1981-) nog een treffer schieten om ook de 50m drie houdingen te winnen. Na negen van de tien schoten stond de Amerikaan drie treffers voor, niemand kon hem de overwinning nog afsnoepen. Hij concentreerde zich zoals het hoorde, legde aan en trof de roos. In plaats van de gebruikelijke tien verscheen er echter nul op het scorebord. “Ik heb toch geschoten,” riep de radeloze Emmons, maar het onwaarschijnlijke was gebeurd, hij had zich van roos vergist en op die van zijn Oostenrijkse buurman Christian Planner (1975-) geknald, die dank zij deze treffer brons haalde. Weg goud en ‘slechts’ een achtste en laatste plaats in de finale. Het was niet zijn eerste pech dat jaar, want tijdens de Amerikaanse trials in april bleek dat iemand met een schroevendraaier de loop van zijn wapen gesaboteerd had, dat daardoor onbruikbaar was geworden. In Athene leende hij het wapen van landgenote Amber Darland, de saboteur werd echter nooit gevonden. In 2008 won Emmons op de Spelen van Beijing zilver in de 50m klein kaliber liggend geweer en ook in de 50m drie houdingen stond hij na de kwalificaties als tweede geklasseerd, op één puntje van de leider. In die finale schoot hij zich bij het eerste schot aan de leiding en verhoogde hij zijn voorsprong op de nummer twee tot 32,3 punten. Maar ook nu weer liep het mis, met zijn laatste schot scoorde hij een rampzalige 4,4 waarmee hij naast het podium tuimelde.
Emmons trouwde met de Tsjechische schutster Katerina Kurková (1983-), die brons won op de Spelen van 2004, maar goud en zilver op die van 2008.
Quotes van de Spelen
“Ik ben dankbaar dat ik in een tijdperk leef, waarin aan competitie wordt gedaan met kleren aan. En ik ben zeker dat de fans daar eveneens dankbaar voor zijn,” zei John Godina (1972-) in een interview.
De Amerikaan werd in 1995 in Helsinki voor het eerst wereldkampioen kogelstoten, wat hij in Athene 1997 en Edmonton 2001 nog eens overdeed. Op de Spelen van 1996 in Atlanta won hij zilver, brons op die van 2000 in Sydney. In 1998 slaagde hij erin om op één dag tijd twee wereldprestaties neer te zetten met 21m78 in het kogelstoten en 66m47 in het discuswerpen. In totaal stootte hij de kogel 85 keer voorbij de 21 meter en in 2009 kapte hij met atletiek.
“Na mijn geboorte is dit de tweede grootste dag uit mijn leven,” riep Jeremy Wariner (1984-) na zijn overwinning op de 400m.
Nadien was de amper 20-jarige Amerikaan ook van de partij toen de Amerikaanse ploeg goud veroverde in de 4 x 400m. Het jaar nadien was hij op het WK in Helsinki opnieuw de beste van het hele 400m-lot. In 2006 won hij zes Golden League wedstrijden en daarvoor streek hij 250.000 USD op. In februari van datzelfde jaar had hij in Favetteville met zijn Amerikaanse ploegmaats 3.01.96 afgeklokt, de chrono werd echter niet als wereldrecord erkend omdat er na de wedstrijd geen dopingcontrole was. Hij werd tweemaal wereldkampioen, finishte als tweede op de Spelen van Beijing, maar won met zijn maats opnieuw de 4 x 400m.
“Of het de pijn waard was? Absoluut, het zijn immers Olympische Spelen,” verklaarde Jana Pittman (1982-) na haar overwinning in de eerste reeks van de 400m
De Australische was één week voordien aan haar rechter knie geopereerd. In de finale eindigde ze vijfde.
Madman
De marathon werd op het 'originele' parcours van Marathon naar Athene gelopen, maar zorgde ook voor de nodige sensatie. Aan kilometer 35 werd koploper Vanderlei de Lima (1969-), die 48 seconden voorsprong had, door de dronken, uit zijn ambt ontzette Ierse priester Neil Horan (1947-) van de weg geduwd, waardoor de Braziliaan zijn ritme volledig kwijt raakte en uiteindelijk derde eindigde. Horan werd veroordeeld tot twaalf maanden cel met uitstel en een boete van 3.600 Euro, die hij makkelijk kon betalen gezien de verkoop van zijn boek in de Verenigde Staten na die stunt met liefst 80% steeg.
Horan, die op zijn manier het einde van de wereld aankondigde, was overigens niet aan zijn proefstuk toe. Tijdens het tenniskampioenschap van Wimbledon had hij de orde al eens verstoord en in 2003 rende hij het circuit van Silverstone op tijdens de Grote Prijs van Engeland Formule 1. En dat op de plaats waar de piloten 320km/uur haalden. Gekleed in een Schotse kilt zwaaide hij met een spandoek “Lees de Bijbel. De Bijbel heeft altijd gelijk”. Om hem en de piloten te beschermen kwam de safety car eraan te pas. Tenslotte werd hij door één van de koerscommissarissen getackeld en later tot twee maanden gevangenis veroordeeld. In juni 2004 herkende een attente politieman hem en die weerhield hem net op tijd ervan om tijdens de Espon Derby voor de paarden te gaan rennen. Begin september 2004 verscheen hij voor de Rechtbank wegens seksueel vergrijp van een 7-jarig meisje. Door gebrek aan bewijzen sprak de jury hem vrij, waarop de in kilt geklede Horan voor het gerechtshof de Irish jig danste, de traditionele Ierse volksdans. Op het WK voetbal van 2006 in Duitsland, arresteerde de politie hem nog vooraleer hij een stunt kon uitvoeren. In brieven aan aan de Ierse krant ‘The Kingdom’ en de Duitse bondskanselier Angela Merkel (1954-) had hij namelijk aangekondigd dat hij net voor de finale in Berlijn zijn inmiddels beruchte jig zou dansen en dat hij posters zou meebrengen waarop stond “Adolf Hitler was een goede leider die de woorden van Christus volgde.”, waarbij hij de Hitlergroet zou brengen en tere ere van Dolf een kaars zou branden voor het voormalige Gestapo hoofdkwartier. Hij werd twee maanden opgesloten, waarna de Rechtbank de zaak klasseerde. In april 2007 kreeg hij het gerechtelijk bevel in de bus, dat hij zich tijdens de Londense marathon niet in het openbaar mocht vertonen.
En wat dan helemaal niet te begrijpen was, is het feit dat hij in 2009 de tweede ronde van Britain’s Got Talent haalde, de Engelse ‘Idool wedstrijd’, waarin hij in kilt opnieuw een jig ten beste gaf. Bovendien werd zijn optreden in Silverston gebruikt als een te omzeilen scene in het videospelletje 'Charlotte Motor Speedway'.
Algemene repetitie voor China
In Athene werd het al duidelijk dat het Chinese volkslied vier jaar later in Beijing heel dikwijls zou weerklinken. In de Griekse hoofdstad haalden de Chineese sporters liefst 32 keer goud, plus 17 zilveren en 14 bronzen medailles. Op alle Spelen voordien hadden ze slechts tachtig keer op het hoogste schavot gestaan. Bovendien werd het goud in Athene niet alleen gewonnen in typische Chinese sportdisciplines zoals badminton of tafeltennis.
Zo won het kano-duo Meng Quanliang (1977-) en Yang Wenjun (1983-) de Canadese 2-500m, een prestatie die ze vier jaar later in eigen land nog eens over deden.
In het gewichtheffen bij de vrouwen goud voor Chen Yanqing (1979-) in de < 58kg, Liu Chunhong (1983-) in de < 69kg en Tang Gonghong (1979-) in de > 75kg (op de foto). Bij de mannen goud voor Shi Zhiyong (1980-) < 62kg en Zhang Guozheng (1974-) < 69kg.
In het turnen won Teng Haibin (1985-) de oefening op het paard. Spijtig genoeg presteerde hij ondermaats op de andere toestellen. Zijn frequente valpartijen kostten het Chinees team uiteindelijk de gouden medaille in het ploegenklassement. Haibin werd wel tweemaal wereldkampioen.
Judoka Xian Dongmei (1975-) werd Olympisch kampioen in de categorie < 52kg en verdedigde die titel vier jaar later met succes in eigen land.
Vier Chinese overwinningen in het schieten: bij de mannen goud voor Wang Yifu (1962-) in het luchtpistool 10m, Zhu Qinan (1984) in het luchtgeweer 10m en Jia Zhanbo (1974-) in het klein kalibergeweer 50m drie houdingen, terwijl Du Li (1982-) (foto) bij de vrouwen het pleit won in de 10m luchtgeweer.
In het tafeltennis drie overwinningen op vier voor de Chinezen: het dubbelspel bij de heren voor Chen Qi (1984-) en Ma Lin (1980-), Zhang Yining (1982-) (foto) won het enkelspel en deelde nadien het goud met Wang Nan (1978-) in het dubbelspel bij de vrouwen.
Xing Huina (1984-) spurtte in de 10.000m voorbij de Ethiopische meisjes Ejegayehu Dibaba (1982-) en Derartu Tulu (1972-), de Olympisch kampioene van 1992 en 2000. De Chinese viel op omdat ze met gestrekte armen liep,.
Met een nieuwe wereldtijd van 12.91 liet Liu Xiang (1983-) iedereen achter zich in de 110m horden. Vier jaar later in eigen land kon hij de stunt niet herhalen. Na een valse start in de reeksen, veroorzaakt door een andere atleet, verliet hij het stadion. Een weerbarstige achillespeesblessure verhinderde hem zijn titel te verlengen. Na de grote aardbeving in China stortte Xiang 2.500.000 yuan (300.000 Euro) in het rampenfonds. Over zijn liefdesleven antwoordde hij steeds opnieuw:
"There is no girlfriend. No time."
Hij werd woordvoerder van Nutrilite, een fabrikant van vitaminen en voedingssupplementen, Coca Cola en Cadillac en werd gesponsord door Nike.
Luo Wei (1963-) in de categorie < 67kg en Chen Zhong (1982-) in de categorie > 67kg waren de winnaars bij de vrouwen in het taekwondo.
Wang Xu (1985-) duldde bij de vrouwen geen tegenstand in het worstelen > 72kg.
Tennisgoud voor Li Ting (1980-) en Sun Tiangtiang (1981-) in het dubbel bij de vrouwen.
De Chinese vrouwenploeg won het volleybaltornooi.
Zhang Ning (1975-) won badmintongoud en dubbelde nadien met Gao Ling (1979-), wat haar nog eens winst opleverde.
In het schoonspringen gingen vijf van de zes medailles naar China met twee keer goud voor Guo Jingjing (1981-).
Goud voor België
De Belgische Justine Henin (1982-) versloeg de Française Amélie Mauresmo (1979-) met 6-3 en 6-3 in de tennisfinale van het enkelspel. In de loop van haar carrière won Henin zeven grand slam titels: vier keer Roland Garros, tweemaal de US open en één keertje Australië. De enige ontbrekende titel was Wimbledon, waar ze de finale tweemaal verloor. In mei 2008 kondigde ze haar afscheid aan, één jaartje later kwam ze op die beslissing terug. Toen de resultaten uitbleven en ook een elleboogkwetsuur haar parten bleef spelen, borg ze in 2011 haar racket definitief op.
Judoka Ilse Heylen (1977) won de bronzen medaille bij de half-lichtgewichten.
Wielrenner Axel Merckx (1972-) won brons in de wegrit. De zoon van sportlegende Eddy Merckx (1945-) kan misschien niet het palmares van zijn vader voorleggen, maar die haalde in zijn schitterende loopbaan nooit een Olympische medaille. Bij zijn enige deelname aan Olympische Spelen van Tokio in 1964 finishte Eddy als twaalfde in de wegrit.
Doping
Door het vermeerderen en verbeteren van de dopingcontroles voor o.a. het groeihormoon hGH, verhoogde ook het aantal positief geteste atleten. Onder voorzitterschap van Jacques Rogge (1942-) maakte het IOC er een erezaak van om een zuiver imago te hebben.
Maanden voor de Spelen werden al heel wat medaillekandidaten op doping betrapt en uitgesloten van deelname. De Poolse gewichtheffer Szymon Kolecki (1981-), vier jaar eerder nog zilver in Sydney werd betrapt op het gebruik van Nandrolone.
Enkele maanden voor de Spelen testte de Indische gewichthefster S. Sunaina (1980-) positief op Nandrolone op de Aziatische Spelen in Almaty, Kazakhstan. Ze kreeg twee jaar schorsing, moest haar twee gewonnen bronzen medailles inleveren en kon de Olympiade uiteraard vergeten.
Een andere Indische gewichthefster Pratima Kumari (1976-) won twee gouden medailles in de categorie tot 63kg op de Commonwealth Games van 2002 in het Britse Manchester, maar werd nadien twee jaar geschorst wegens dopinggebruik.
De Turkse gewichthefster Sule Sahbaz (1978-) testte nog voor de Spelen positief op verboden producten.
In 2004 werden 21 gewichtheffers van ‘wereldklasse’ betrapt of geschorst.
“Ik weet zeker dat u mij gaat vragen waarom doe je deze controles? Jullie graven toch jullie eigen graf,” zei de Hongaarse IWF president Tamas Ajan (1939-) aan de verzamelde pers. “Dat is ook zo, maar u mag gerust weten dat we er alles aan doen om de doping te blijven bestrijden, omdat we nu eenmaal voor fair play zijn.”
Dit nieuws werd door de Belgische IOC-voorzitter Jacques Rogge (1942-) bijzonder gunstig onthaald:
“Het IOC prijst het werk van de gewichtheffers federatie in haar strijd tegen doping door het systematisch testen van de atleten volgens de regels.”
Het IWF noemde de namen van de geschorsten: Wafa Ammouri (1985-) uit Marokko, Zoltan Kecskes (1974-) uit Hongarije, Viktor Chislean (1980-) uit Moldavië, Pratima Kumari Na (1974-) uit India en Sule Sahbaz (1978-) uit Turkije.
Omwille van dopingperikelen trok Bulgarije enkele dagen voor de openingsceremonie in Athene zijn voltallig team gewichtheffers terug. Acht mannen en drie vrouwen hadden eerder die maand positief getest op steroïden: Ivaylo Filev (1987-), Demir Demirev (1984-), Mehmed Fikretov (1986-), Ivan Stoitsov (1985-), Georgi Markov (1978-), Ivan Markov (1988-), Alan Tsagaev (1977-), Velichko Cholakov (1982-), Milka Maneva (1985-), Donka Mincheva (1973-) en Gergana Kirilova (1972-).
Normaal gesproken kreeg men twee jaar schorsing, tenzij de atleet recidivist was. Galabin Boevski (1974-), in 2000 Olympisch kampioen gewichtheffen, werd reeds voor de tweede keer betrapt en kreeg acht jaar aan zijn broek. In 2011 werd hij in het Braziliaanse São Paulo gearresteerd toen hij met negen kilo cocaïne aan boord van een vliegtuig wilde stappen, wat hem negen jaar opsluiting opleverde. In 2013 werd hij echter vrijgelaten en teruggevlogen naar thuisland Bulgarije.
Twee Bulgaarse teammaats van Boevski, de voormalige wereldkampioenen Zlatan Vanev (1973-) en Georgi Markov (1978-) werden achttien maanden geschorst en mochten Athene vergeten. De drie hadden op het WK van 2003 in Vancouver met hun dopingtesten geknoeid, de urine die ze afleverden kwam van een en dezelfde persoon maar zeker niet van hen.
Elf andere gewichtheffers uit tien verschillende landen faalden tijdens de dopingcontrole in Vancouver. Onder hen de Chinese Shang Shichun (1979-), die op weg naar het goud drie wereldrecords neerzette in de categorie tot 75kg.
De Australische gewichthefster Caroline Pileggi (1977-) raakte op 3 juni 2004 betrokken bij een incident tijdens haar trainingskamp in Sigatoka op de Fiji eilanden. Twee dopingcontroleurs van de Australian Sports Drug Agency spraken Pileggi aan tijdens een training, waarop de Australische repliceerde dat ze “niet geïnteresseerd was om een dopingtest te ondergaan”. Bovendien gaf ze een valse naam op en probeerde ze vervolgens met haar auto te vluchten, waarbij ze de controleurs bijna omver reed. Voor de Rechtbank beweerde Pileggi dat de twee zich nooit geïdentificeerd hadden en dat ze uit angst gevlucht was toen ze achter haar aan kwamen. Het hielp niet, integendeel. Ze werd uitgesloten van het Australische team, moest de proceskosten betalen en kreeg twee jaar schorsing.
Nadat ze bij een pre-olympisch dopingonderzoek positief testte op EPO was de Spaanse mountainbiker Janet Puiggros Miranda (1974-) niet meer welkom op de Spelen van Athene.
Oud wereldkampioen Oscar Camenzind (1971-) testte enkele dagen voor de Spelen positief op EPO, waarna de Zwitser meteen een punt zette achter zijn wielrennerscarrière.
Net voor de Spelen bekende de Belg Filip Meirhaeghe (1971-) dat hij EPO had gebruikt, waardoor hij zijn zilveren medaille van vier jaar voordien niet kon verdedigen. Hij testte positief tijdens de World Cup in het Canadese Montreal en werd vijftien maanden geschorst. Later publiceerde hij het boek ‘Positief’, waarin hij zijn dopingverhaal uit de doeken deed.
De Ierse afstandsloper Cathal Lombard (1976-) werd op de vooravond van de Spelen betrapt op het gebruik van EPO en mocht daardoor Athene vergeten. Twee jaar schorsing luidde het verdict, maar de Ier kwam terug en won in 2007 op ‘zuivere manier’ de veldloop van Cork. Enkele maanden later stopte hij zijn sportcarrière.
De Spaanse kajakker Jovino Gonzales (1975-) testte net voor de Spelen eveneens positief op EPO en zag daarmee zijn Olympische dromen aan diggelen vallen.
In de Verenigde Staten barstte een dopingschandaal los rond het Balco labo, dat atleten van de anabole steroïde tetrahydrogestrinon voorzag waardoor o.a. Torri Edwards (1977-), het jaar voordien nog wereldkampioene 100m, in Athene niet mocht aantreden.
De Amerikaanse 400m-loper Jerome Young (1976-) werd enkele weken voor de Spelen betrapt op EPO. Het was niet zijn eerste misstap. Op de Spelen van 2000 in Sydney haalde hij goud met de Amerikaanse 4 x 400m ploeg, maar moest hij dat eremetaal inleveren toen bleek dat Young zelfs niet had mogen starten. Bovendien werd hij twee jaar geschorst en werden alle resultaten van 26 juni 1999 tot 25 juni 2001 geschrapt. Zijn ploegmaats mochten hun kleinood wel koesteren. Omdat dit de tweede overtreding was kreeg Young nu levenslang aan zijn been.
Tot 2004 verdoezelden en verdedigden het Amerikaanse USOC en het Italiaanse CONI nog de dopinggevallen van hun atleten. Omwille van onbekende redenen lieten beide landen hun poulains vanaf toen echter vallen en startten ook zij een echte internationale samenwerking. De vele schandalen die de Olympische Spelen van 2004 in Athene ontsierden zijn er het levend bewijs van. Twaalf atleten testten positief en zes van hen verloren hun medailles. Griekenland veroorloofde zich zelfs de luxe om twee topsprinters, die zich omwille van een troebel verhaal over een ongeluk niet voor de dopingcontrole hadden gemeld, drie dagen voor het begin van de Spelen van de deelnemerslijsten te schrappen.
Op 3 augustus 2004, tien dagen voor de start van de Olympische Spelen, voegde het World Anti-Doping Agency (WADA) tetrahydrogestrinone (THG) en Modafinil toe aan zijn lijst van verboden middelen.
9 augustus
Vier dagen voor de Spelen mochten de Amerikaanse Grieken James Brack (1977-) en Derek Nicholson (1976-), die voor het Griekse baseballteam zouden uitkomen, hun koffers pakken. Op 5 augustus werden ze bij hun aankomst in Athene gecontroleerd en bleek dat beiden Stanozolol hadden gebruikt, een anabole steroïde die ook de Canadese spurter Ben Johnson (1961-) de das had omgedaan.
10 augustus
Bij de Keniaanse bokser David Munyasia (1980-) vond men de amfetamine Cathin en ook hij mocht naar huis.
De Slovaakse kogelstoter Milan Haborák (1973-), die in 2000 voor het eerst voorbij 20 meter wierp, had ook aan de hormonen gezeten wat hem een schorsing van twee jaar opleverde. In 2010 werd hij opnieuw betrapt op het gebruik van steroïden en dat kostte hem een levenslange schorsing. Hij stortte zich dan maar in de politiek en schopte het zelfs tot vice-voorzitter van de partij Hnutie Vpred.
Bij de Jamaïcaan Steve Mullings (1982-) werd een te hoog gehalte testosteron vastgesteld, waarvoor hij twee jaar geschorst werd. In 2011 werd hij tijdens de nationale kampioenschappen betrapt op het gebruik van maskerende middelen en kreeg hij levenslang.12 augustus
Op 12 augustus werd de gewichthefster Nan Aye Khine (1976-) uit Myanmar huiswaarts gestuurd, nadat bleek dat ook zij anabole steroïden had gebruikt.
Diezelfde dag werd ook de Griekse zwemster Tonia Machaira (1971-) betrapt. In 2012 kende een Griekse Rechtbank haar een schadevergoeding van 227.000 Euro toe, omdat haar advocaat kon bewijzen dat de uitsluiting onterecht was.
18 augustus
En het ging van kwaad voor de Grieken, gezien de medaillekandidaten Katerina Thanou (1975-) en Kostas Kenteris (1973-) niet in de spurtnummers mochten aantreden nadat ze een dopingcontrole ontliepen. Keneteris haalde vier jaar voordien in Sydney nog goud op de 200m, Thanou was in de 100m toen goed voor zilver. Frankie Fredericks (1967-) moest het Griekse publiek bedaren toen bleek dat Kenteris zijn titel op de 200m niet mocht verdedigen. Beiden ontliepen de dopingcontrole omdat ze na een motorongeval in een hospitaal zouden beland zijn. Dat was na Chicago en Tel Aviv al de derde controle waaraan ze zich onttrokken. Het weigeren van een controle staat gelijk met een positieve controle. Bovendien bleek het ongeval gefingeerd, de uitbater van een krantenkiosk op de plaats van het ongeval had de ganse dag niets gezien, ook bij de politie was geen ongeval gemeld en als klap op de vuurpijl zouden beiden zich niet hebben aangeboden in het hospitaal dat vlak in de buurt lag. Voor verzorging waren ze zogezegd naar de andere kant van Athene gereden. Grote aanstoker van dit alles was trainer Christos Tzekos, bij wie de Griekse politie tijdens een huiszoeking zo maar eventjes 1.400 verpakkingen anabolica en andere verboden middelen vond. Kenteris en Thanou werden twee jaar geschorst. Toen Thanou tijdens het EK in Birmingham haar wederoptreden deed werd ze door het publiek bij de start van 60m-finale uitgejouwd. Het proces dat de Griekse staat tegen beiden inspande werd tweemaal uitgesteld, maar in mei 2011 werden ze wegens meineed tot 31 maanden cel veroordeeld. Trainer Tzekos kreeg 33 maanden aan zijn broek en zes artsen en twee getuigen, die het zogenaamde ongeval hadden zien gebeuren, werden tot zes maanden opsluiting veroordeeld.
Op de Spelen zelf werden zo’n 25 sporters op doping betrapt, onder hen elf gewichtheffers.
19 augustus
Zo maar eventjes vijf gewichtheffers werden geklist op het gebruik van anabolica, nog voor ze aan hun wedstrijd begonnen: de Hongaar Zoltan Kecskes (1974-), de Turkse Sahbaz Sule (1978-), de Moldaviër Viktor Chislean (1982-), de Indische Pramita Kumari Na (foto) en de Marokkaanse Wafa Ammouri (1985-). Bovendien had ook de Amerikaans-Italiaanse baseball speler David Anthony Francia (1975-) een positief plasje afgeleverd.
20 augustus
Diezelfde dag mocht ook de Indische gewichthefster Sanamacha Chanu (1978-) inpakken na een positieve test.
De Oezbeekse Olga Shchukina (1977-) werd uitgesloten voor de kwalificaties voor het kogelstoten, nadat ze tijdens een controle positief reageerde op Clenbutorol.
Dezelfde dag werd ook de gewichtheffer Nital Scharipow uit Kirgizië positief getest.
21 augustus
De Russische vice-wereldkampioene gewichtheffen Albina Chomitsch (1977-) mocht haar koffers pakken toen bleek dat ze aan de anabolica had gezeten.
22 augustus
Justin Gatlin (1982-), de snelste man ter wereld, won de 100m voor de Portugees Francis Obikwelu (1978-) en landgenoot Maurice Green (1974-). De Amerikaan stelde na die snelste Olympische finale ooit, met zes van de acht finalisten onder de 10 seconden:
“Ik ben het toonbeeld van een nieuw tijdperk.”
Twee jaar later echter kwam aan het licht dat ook Gatlin niet ‘zuiver’ had gelopen: inleveren van het goud en acht jaar schorsing luidde het verdict van het IOC. Gatlin was overigens niet aan zijn proefstuk toe, als junior was hij in 2001 al eens betrapt op het gebruik van amfetamines. In 2006 vond men tijdens een wedstrijd in Lawrence, Kansas een te hoog gehalte testosteron. Hij werd slechts acht jaar geschorst en niet levenslang, omdat hij beloofde mee te werken aan de anti-dopinginspanningen. Zijn evenaring van het wereldrecord op 12 mei 2006 in Doha, werd uit de boeken geschrapt. Gatlin werd gecoacht door Trevor Graham (1963-), van wie nog acht andere discipelen in de loop der jaren positief testten. In 2007 werd de Gaitlin's schorsing teruggebracht van acht tot vier jaar.
Een nieuw drama voor de Grieken met het inleveren van de bronzen medaille die gewichtheffer Léonidas Sampanis (1971-) bij de pluimgewichten veroverd had. Aan de verboden testosteron-snoepjes gezeten, heette het.
De woede daarover was zo groot dat de Griekse Post de 136 000 postzegels met zijn beeltenis introk. Een Griekse rechtbank veroordeelde hem bovendien tot zes maanden cel.
De Griekse spurter Hhristoforos Hoidis (1978-) stond ingeschreven voor de 100m maar pakte zijn biezen net voor een verplichte dopingtest.
23 augustus
Bingo voor de Russische kogelstootster Irina Korschanenko (1974-), in haar bloed werden resten Stanozolol aangetroffen. Prompt moest ze haar pas verdiend goud inleveren en ogenblikkelijk de Spelen verlaten. Gezien ze reeds voor de tweede keer betrapt werd kreeg ze een levenslange schorsing aangesmeerd.
24 augustus
Ook de Hongaarse discuswerper Robert Fazekas (1975-) mocht de koffers pakken, omdat hij na zijn zege een dopingcontrole weigerde en daarna knoeide met zijn urinestaal.
Nog diezelfde dag werd Clembuterol gevonden bij hoogspringer Aleksey Lesnichiy (1978-) uit Wit-Rusland. Op de uitslag had dit geen invloed omdat hij zelfs in de kwalificaties als laatste geëindigd was.
In het roeien bij de vrouwen moet het Oekrainse viertal zijn bronzen medaille inleveren, nadat Olena Olefirenko (1978-) (tweede van links) op doping werd betrapt.
25 augustus
Toen hij na de wedstrijd van de < 105kg een dopingcontrole weigerde werd de Hongaarse gewichtheffer Zoltán Kovács (1977-) uitgesloten van de Spelen.
Landgenoot Ferenc Gyurkovics (1979-) haalde in dezelfde gewichtsklasse zilver, maar moest de medaille inleveren na een positieve test op het anabolicum Oxandrolon.
27 augustus
Nu was het de beurt aan hamerslingeraar Adrián Annus (1973-) om het goud in te leveren. Eerst knoeide de Hongaar met zijn urinestaal, bij een tweede poging weigerde hij de controle.
De Russische 400m loper Anton Galkin (1982-) had Stanozolol genomen wat hem de uitsluiting kostte. Zijn vrouw Gulnara Samitova-Galkina (1978-) eindigde als zesde in de 5.000m, maar won vier jaar later de 3.000m steeple.
28 augustus
De Cubaanse Mabel Fonseca (1972-) bleek in het worstelen vrije stijl Stanozolol gebruikt te hebben en werd om die reden uit de uitslag geschrapt.
De Columbiaanse baanrenster María Luisa Calle (1968-) won zilver in de puntenrit, maar het bleek dat ze daarvoor heptaminol had gebruikt. Ze moest haar kleinood dan ook inleveren.
Beter laat dan nooit
De Russische gewichtheffer Oleg Perepetchenov (1975-) won tijdens de Olympische Spelen van 2004 de bronzen medaille, maar moest die in 2013 inleveren toen het IOC met nieuwe testmethoden vaststelde dat hij toen aan de Clenbuterol gezeten had.
De Russische Olga Kuzenkova (1970-) won het hamerslingeren op de Olympische Spelen van 2004 in Athene. Toen het IOC haar urinestaal in 2012 opnieuw onderzocht met nieuwere opsporingstechnieken bleek dat ze dat goud gehaald had dank zij anabole steroïden. Ook de urinestalen van het WK van 2005 bleken positief. Ze werd twee jaar geschorst, moest haar Olympisch goud inleveren en de wereldtitel werd haar ontnomen.
Ook de Russische kogelmstootster Svetlana Krivelyova (1969-) moest haar bronzen medaille van Athene inleveren na een nieuwe test in 2012. Ze werd twee jaar geschorst en al haar behaalde resultaten tussen 2004 en 2006 werden vernietigd
De Roemeense discuswerper Sergiu Ursu (1980-) moest na een positieve test op nandrolone twee jaar toekijken
De Oekraïner Jurij Bilonoh (1974-) kroonde zich in 2004 tot Olympische kampioen kogelstoten, maar modernere opsporingsmiddelen toonden in 2012 aan dat hij een Oxandrolon metaboliet in zijn urine had. Met terugwerkende kracht werd hij twee jaar geschorst en werden hem alle resultaten ontnomen met inbegrip van de Olympische titel.
De Oekraïner Oleksandr Kajdasch (1976-) liep tijdens de Olympische Spelen van 2004 in Athene zowel de 400 als de 4x400m. Nadat hij betrapt werd op het gebruik van verboden producten werd hij twee jaar geschorst.
De Wit-Rus Ivan Tsichan (1976-) verloor het zilver in het hamerslingeren
Bij de vrouwen verloor de Wit-Russische discuswerpster Irina Yatchenko (1965-) haar bronzen plak.
Zwemmen
In het Athens Aquatic Olympic Centre van Marousi streden 937 zwemmers uit 152 landen om de 32 titels. De Amerikanen waren de grootste slokop met twaalf gouden, negen zilveren en zeven bronzen medailles.
Michael Phelps (1985-) had slechts één doel voor ogen en dat schreeuwde hij dan ook van de daken, in Athene zou hij het record van Mark Spitz (1950-) verbeteren, die op de Spelen van München zeven keer goud won. De 19-jarige Amerikaan zorgde inderdaad voor een unieke prestatie, in zijn eentje zwom hij acht medailles bij elkaar: maar het waren 'slechts' zes gouden en twee bronzen. Vier jaar eerder in Sydney was de amper 15-jarige Phelps ook al van de partij, goed voor een vijfde plaats in de finale 200m vlinderslag. Negen maanden later eigende hij zich al het wereldrecord toe van dat nummer, meteen goed voor de titel van jongste wereldrecordhouder. Nog eens vier maanden later de wereldtitel met een nieuw wereldrecord. En nog was het niet gedaan, op dat WK in 2003 oogstte hij vier keer goud, twee keer zilver en vier wereldrecords. In 2004 kwalificeerde hij zich als eerste zwemmer voor zes individuele wedstrijden van de Olympische Spelen, maar hij gaf verstek voor de 200m rugslag. De eerste dag was het al bingo, winnaar van de 400m wisselslag en 3,5 seconden beter dan het wereldrecord. 's Anderendaags een eerste opdoffer, 'slechts' derde op de 200m vrije slag en eveneens 'slechts' brons in de 4 x 100m vrije slag. Daarna was het al goud wat blonk: 200m vlinderslag en een uurtje later 4 x 200m vrije slag, 100m vlinderslag en tenslotte 4 x 100m wisselslag.
Vreemd verhaal in de 200m rugslag. Nadat hij de 100m won was Aaron Peirsol (1983-) ook de beste in de 200m. Een official noteerde echter een fout keerpunt en de Amerikaan werd gediskwalificeerd. 's Avonds kwam het eerherstel, hij kreeg zijn gouden medaille toch omdat de keerpuntrechter zijn beslissing niet in het Frans of het Engels kon motiveren. Later volgde ook nog eens goud op de 4 x 100m wisselslag. Markus Rogan (1982-), die als tweede aantikte, nam dit alles filosofisch op:
"Ik ben misschien wel de kortste olympische kampioen uit de geschiedenis, maar wat voor mij telt, is dat ik de tweede beste rugslagzwemmer ter wereld ben."
De Oostenrijker liet uitschijnen dat de diskwalificatie wel eens politiek getint kon zijn. Peirsol had namelijk geïnsinueerd dat de Japanner Kosuke Kitajima (1982-) vals had gespeeld toen hij de 100 en 200m schoolslag won. En laat die keerpuntrechter nu toch geen Japanner zijn zeker. De controverse was de zoveelste aanleiding voor een reglementswijziging. Kitajima gebruikte bij start en keerpunt namelijk een dolfijnbeweging en dat was verboden. De USA diende dan ook protest in, maar de FINA veranderde de regel vlug, de vlinderbeweging werd toegestaan.
Om een vriendinnetje te imponeren begon Roland Schoeman (1980-) op 16-jarige leeftijd met zwemmen, enkele maanden later won hij al wedstrijden. Het begin van een mooie carrière. In Athene haalde de Zuid Afrikaan zilver in het koninginnennummer na Pieter van den Hoogenband (1978-) maar voor Ian Thorpe (1982-), won hij brons op de 50m vrije slag op slechts 9/100ste van winnaar Gary Hall Jr (1974-) en haalde hij de volle pot in de 4 x 100m vrije slag. En dat laatste was de grootste verrassing. Als startzwemmer had Schoeman zulke voorsprong bijeengezwommen dat Nederland noch de Verenigde Staten konden terugkomen. De voorsprong was 1.19 seconden, en die 3.13.17 waren meteen ook goed voor een nieuw wereldrecord. Op het WK van 2005 in Montréal won hij zelfs twee keer goud: 50m vrije slag en 50m vlinderslag, dit laatste in 22.96, een nieuw WR. Eind dat jaar sloeg hij het aanbod van zes miljoen dollar af, dat de minister van Sport van Qatar overhad om hem naar zijn land te halen om hem van nationaliteit te doen veranderen. In augustus 2006 dook hij in klein bad als eerste onder de 21 seconden in de 50m vrije slag, die 20.98 waren 12/100sten beter dan de vorige besttijd op naam van de Fransman Fréderick Bousquet (1981-). Dat alles gebeurde in een speciaal gebouwd 25m-bad in een Hamburgse tennishal.
Als slotzwemmer van de 4 x 100 meter vrije slag loodste Pieter van den Hoogenband (1978-) het Nederlandse estafetteteam van de vierde naar een verdienstelijke tweede plek. De volgende dag lag hij lang aan de leiding in de 200 meter vrije slag, maar werd hij op het laatste stuk ingehaald door Ian Thorpe (1982-). In de 100 meter vrije slag lag hij vijfde bij het keerpunt, maar kon hij uiteindelijk toch nog winnen met tien centimeter verschil.
Inge de Bruijn (1973-) voegde een gouden, een zilveren en twee bronzen toe aan haar oogst van vier jaar voordien (driemaal goud en eenmaal zilver).
Een nieuw wereldrecord 4 x 200m vrije slag voor de Amerikaanse zwemsters. Natalie Coughlin (1982-), Carly Piper (1983-), Dana Vollmer (1987-) en Kaitlin Sandeno (1983-) doken onder de zeventien jaar oude besttijd van het DDR-kwartet Manuela Stellmach (1970-), Astrid Strauss (1968-), Anke Möhring (1969-) en Heike Friedrich (1970-).
Petria Thomas (1975-) won de 100m vlinderslag en met de Australische ploeg de 4 x 100m vrije slag en de 4 x 100m wisselslag. Daaraan voegde ze daar nog zilver aan toe in de 200m vlinderslag. Bovendien won ze ook negen wereldtitels. Na de Spelen kondigde ze haar afscheid aan en midden 2005 publiceerde ze haar autobiografie ‘Swimming Against The Tide’ vrij vertaald ‘Zwemmen tegen de stroom in’, waarin ze uitvoerig haar loopbaan beschreef met inbegrip van de vele kwetsuren en de daaraan verbonden depressies.
Nathalie Coughlin (1982-) had Filipijns en Iers bloed in de aderen. De Amerikaanse studeerde af als psychologe aan de University of California. Buiten het goud van de 4 x 200m vrije slag tikte ze ook als eerste aan na 100m rugslag en veroverde ze met het team zilver in de wisselslagestafette.
Jenny Thompson (1973-) is één van de meest bekroonde Olympische zwemsters aller tijden: twaalf medailles, waarvan acht gouden op de Spelen van 1992, 1996, 2000 en 2004. Op haar eerste Spelen in Barcelona was ze topfavoriete voor vijf keer goud. Het werden er 'slechts' twee in beide estafettenummers. In de 50m vrije slag miste ze de finale, in het koninginnennummer was de Chinese Zhuang Yong (1972-) haar te snel af. En dat zorgde voor de nodige wrevel, vooral omdat Thompson naar de dopingcontrole moest en de winnares niet. Voor de Spelen van Atlanta kon ze zich voor geen enkel individueel nummer plaatsen, wel haalde ze drie keer goud in de estafettenummers. De Olympische Spelen leken haar doembeest, want tijdens het WK won ze acht titels, zelfs drie op rij in het koninginnennummer. Uiteraard was ze in 2000 topfavoriete voor dat nummer op de Spelen van Sydney. Lukte ook nu weer niet, brons op de 100m vrije slag en vijfde op de 100m vlinderslag. Haar revanche kwam nog maar eens met drie keer winst in de estafettes, met wereldrecords in de 4 x 100m vrije slag en 4 x 100m wisselslag. Datzelfde jaar verbeterde ze op het WK voor de vierde maal de besttijd 100m vlinderslag: 56.56. Haar pensioen leek nabij, maar Jenny wilde niet wijken. Op het WK van 2003 won ze vijf medailles, waarvan twee gouden. Op de Spelen in Athene tenslotte haalde ze met het team twee keer zilver, en dat op 31-jarige leeftijd. In 2006 studeerde ze af als arts aan de Columbia University en specialiseerde ze zich in de anaestesie.
Jodie Henry (1983-) won de 100m vrije slag, nadat ze in de halve finale de hele zwemwereld met het nieuwe wereldrecord van 53.52 had verrast. Bovendien won ze met de Australische ploeg de 4 x 100m vrije slag en de 4 x 100m wisselslag. Ze haalde vijf keer een wereldtitel. Een bekkenblessure hield haar in 2008 weg van de Spelen van Beijing, het jaar nadien kondigde ze het einde van haar sportcarrière aan.
Een frisse verschijning die Laure Manaudou (1986-). In Athene won ze heel verrassend de 400m vrije slag, tikte ze als tweede aan na 800m en werd ze derde op de 100m rugslag. In 2005 werd ze wereldkampioene over 400m vrije slag en datzelfde jaar brak ze het wereldrecord 400m wisselslag met drie volle seconden. De Française, met roots in Martinique, eigende zich in 2006 ook de wereldtijd van de 400m vrije slag toe, met 4.03.85 dook ze 82/100ste onder het acht jaar oude record van de Amerikaanse Janet Evans (1971-).